De beste vriend van grondtroepen, maar de grootste vijand van de anti-kernenergielobby: de A-10 “Warthog”

Sinds de eerste vlucht van de gebroeders Orville en Wilbur Wright op 17 december 1903 is de wereld van de luchtvaart met rasse schreden gevorderd. De militaire luchtvaart evolueerde mee, tot op het punt dat er voor elke functie wel een vliegtuig bestaat, en F-16’s of F-35’s multi-inzetbaar zijn. Toch is er vandaag maar één vliegtuig dat specifiek dient om grondtroepen van dichtbij te assisteren: de Fairchild Republic A-10 Thunderbolt II, of simpelweg: de “Warthog”.

Het vliegtuig werd ontwikkeld door het Amerikaanse Fairchild en voor het eerst gebruikt door de Amerikaanse luchtmacht in 1976, toen de Koude Oorlog op zijn warmst was. De VS kwamen juist met hangende pootjes terug uit Vietnam, waar de Amerikaanse troepen zware verliezen leden tegen de guerrillastrijders van de Vietcong.

Tijdens de Koude Oorlog lag de nadruk echter vooral op Europa. Hier stonden de twee machtsblokken lijnrecht tegenover elkaar, in Berlijn en aan het IJzeren Gordijn zelfs letterlijk. Het Westen deed er dan ook alles aan om enkele strategische punten, waarlangs het Warschau Pact West-Europa kon binnenvallen, te verdedigen. En speciaal daarvoor werd de Warthog ontwikkeld.

De Fulda Gap, en de twee corridors die troepen naar Frankfurt zouden leiden (Bron: Wikimedia Commons)

De VS vreesden namelijk een invasie via de Fulda Gap, een vlakte die troepen rechtstreeks van de grens van Oost-Duitsland naar Frankfurt bracht, het hart van het Amerikaanse leger in Europa. Als de Koude Oorlog ooit warmer zou worden, speelde het zich vast en zeker af in deze regio. Om de regio beter te kunnen verdedigen, ontwikkelde de Amerikanen de A-10 Thunderbolt, bijgenaamd “Warthog” of “knobbelzwijn”.

Enter: het knobbelzwijn

Het Amerikaans leger ging op zoek naar een vliegtuig dat uitsluitend kon dienen om de troepen op de grond van dichtbij te kunnen steunen. Daarvoor moest een vliegtuig ontwikkeld worden met voldoende vuurkracht en een degelijke bepantsering, aangezien het regelmatig onder vijandelijk vuur zou komen. Ook moest het kunnen opstijgen vanop forward bases, een militaire basis dicht bij het front, waar de landingsbaan vaak gewoon een veredelde veldweg is. De A-10 voldoet aan alle eisen.

Eerst de bewapening. Vooraan in de neus van de A-10 zit een zes meter lange GAU-8 Avenger van General Electric. Het grootste deel van het snelvuurkanon bevindt zich echter in de romp van het vliegtuig, met onder meer een kogeltank die 1150 kogels bevat. Die worden door middel van een hydraulisch systeem naar het roterende kanon met zeven lopen gestuwd. Dit kanon kan tot 3.900 kogels per minuut afvuren, maar door de beperkte hoeveelheid kogels wordt vaak maar in blokken van één à twee seconden gevuurd.

De A-10 Thunderbolt II “Warthog”

Een andere reden voor die korte blokken is de kracht van het kanon. Door de terugslag van het vuren verliest de A-10 meer dan de helft van zijn voortstuwende kracht: elke motor levert 41 kiloNewton aan stuwkracht, het kanon zorgt 44,5 kN aan terugslag. Als het kanon dus lang aan één stuk wordt afgevuurd, riskeert het vliegtuig stil te vallen in de lucht.

Naast het zware kanon heeft de A-10 ook 11 aanhechtingspunten voor raketten of bommen, die ook gebruikt kunnen worden bij luchtgevechten of bombardementen. Ook draagt de Warthog meer flares en Chaff’s, gebruikt om infrarood- en hittezoekende raketten af te wenden, dan gelijk wel ander Amerikaans vliegtuig.

Atoomkogels

De kogels die het vliegtuig afvuurt zijn echter het grootste probleem, of toch voor de anti-kernlobby. De punt bestaat namelijk uit verarmd uranium. Dit is een bijproduct van de nucleaire industrie, dat ontstaat bij de verwerking van uranium. Verarmd uranium is bijzonder geschikt voor zware kogels omdat het een zeer zwaar metaal is. De soortelijke massa bedraagt 19,1 Mg/cm3, bij lood is dit maar 11,3 Mg/cm3 en bij ijzer zelfs 7,9 Mg/cm3. Wolfraam is met 19,3 Mg/cm3 nog zwaarder, maar uranium heeft de eigenschap om na impact zichzelf te scherpen, en zo verder in pantser te boren.

Dat verarmd uranium is echter bijzonder slecht voor de natuur en de mens. Vooral tijdens de Golfoorlog, waar de munitie massaal werd gebruikt, kwamen veel soldaten die de munitie moesten opruimen, in aanraking met het uranium. Verschillenden van hen, en ook de mensen die op ‘vervuilde’ grond rondliepen en zo in aanraking kwamen met de munitie, kregen nadien verschillende vormen van kanker. Voor het Amerikaanse leger wegen de nadelen van de munitie echter niet op tegen de voordelen als superwapen tegen tanks en pantserwagens.

Pantsers en motoren

Dan de bepantsering. Het belangrijkste onderdeel van het vliegtuig, de piloot, zit veilig in een cocon van titanium, dat pantser-doorborende kogels tot 23 millimeter kan weerstaan. Het glas van de cockpit is ook kogelwerend, maar minder resistent dan het titanium pantser. A-10’s zijn voor de rest beter bestand tegen kogel- en raketimpact dan enig welk ander vliegtuig. Exemplaren landden al met één motor, één vleugel of meer kogelinslagen dan gelijk welk ander vliegtuig zou kunnen verdragen.

Ook de plaatsing van de motoren, hoog achter de vleugels , is op zijn minst interessant te noemen. Zo beland de tip van de uitlaat, die vaak door infrarood-raketten wordt gebruikt als doelwit, tussen de verticaal opstaande staartvleugels. Die dienen trouwens ook om het vliegtuig recht en vooruit te houden als het zware snelvuurkanon wordt afgevuurd.

De plaatsing van de motoren komt ook handig van pas bij het opstijgen. Door de hoge plaatsing komt er minder stof en vuil in terecht, waardoor het opstijgen vanop zanderige, stoffige landingsbanen geen probleem vormt. Dat nut dient ook de extra startmotor, die in de staart van het vliegtuig zit, en dient om de andere motoren aan te zwengelen. Andere jets vertrouwen op hulp vanop de grond bij het opstijgen, de A-10 is gebouwd om zonder die hulp te kunnen.

F-16 en F-35

Maar de grote vraag die zich stelt: kan de A-10, bijna 50 jaar nadat het eerste exemplaar werd geleverd, nog de huidige markt bekampen. De grootste concurrenten lijken de F-16 en F-35, die elk op hun beurt worden genoemd als vervangers van de A-10.

Zowel de F-16 als de F-35 zijn moderne gevechtsvliegtuigen, die in verschillende rollen inzetbaar zijn. Op het vlak van luchtsteun aan grondtroepen is er echter geen enkel vliegtuig dat de A-10 Warthog verslaat. Het verdiende zijn strepen in de Golfoorlog, de Balkanoorlogen, Afghanistan, Pakistan en Irak, waar het een belangrijk aandeel had in de overwinningen van het Amerikaanse leger.

Qua kostprijs is er ook geen enkele concurrent die bij de A-10 in de buurt komt. In 1994, toen de productie van de A-10 zijn hoogtepunt bereikte, kostte de bouw van één zo’n vliegtuig 13 miljoen dollar. De veel nieuwere F-35A kost vandaag tussen zo’n 78 miljoen, de F-22 Raptor, dat gezien wordt als het beste vliegtuig van de US Air Force, zelfs 135 miljoen. Ook de kostprijs per vlieguur van een A-10 is klein bier ten opzichte van de concurrentie, hoewel de F-16 nog ietwat in de buurt vertoeft.

Conclusie: Hoewel de A-10 Thunderbolt “Warthog” bijna 50 jaar oud is, beschikt het Amerikaans leger momenteel niet over een waardige opvolger. De F-16 en F-35 zijn fantastische vliegtuigen, maar werken het best naast de A-10, en kunnen voor andere doelen worden ingezet. Maar het “knobbelzwijn” heeft doorheen de jaren zo’n carrière opgebouwd, en zich zo capabel getoond in de luchtsteun, dat geen grondsoldaat noch piloot hier afstand van wil nemen.

(jvdh)

Meer