Het Federaal Agentschap van de Schuld haalt opnieuw kapitaal op via de staatsbons. Als particuliere belegger kan je op die manier een deel van je spaarcenten toevertrouwen aan de overheid. In ruil krijg je een jaarlijkse coupon, maar die is veel te laag om de torenhoge inflatie bij te benen, zelfs al kan je je geld voor tien jaar missen.
Na de een succesvolle uitgifte van staatsbons in juni klopt België opnieuw aan bij de particuliere spaarders. Geïnteresseerden kunnen van 25 augustus 2022 tot en met 2 september 2022 inschrijven op nieuwe staatsbons. Ze worden vervolgens uitgegeven op 4 september. Deze keer kan je intekenen op overheidspapier met een looptijd van vijf, acht en tien jaar. Hoe langer de looptijd, hoe hoger de opbrengsten.
- Staatsbon op vijf jaar: 1,05 procent bruto
- Staatsbon op acht jaar: 1,4 procent bruto
- Staatsbon op tien jaar: 1,7 procent bruto
Roerende voorheffing
Dat lijken aantrekkelijke rendementen, zeker in vergelijking met het traditionele spaarboekje. Bij heel wat banken moet je immers tevreden zijn met een spaarrente van 0,11 procent, het absolute minimum voor gereglementeerde spaarrekeningen in ons land.
Veel beleggers zijn dan ook geneigd om een deel van hun spaarcenten via staatsbons toe te vertrouwen aan de overheid. In juni kon het Federaal Agentschap van de Schuld op die manier 39,6 miljoen euro ophalen. Er werden toen staatsbons op vijf en tien jaar met brutocoupons van respectievelijk 0,70 en 1,30 procent uitgegeven.
Maar de bovenstaande rendementen verliezen al meteen een deel van hun glans als we roerende voorheffing aftrekken van de opbrengsten. Je moet namelijk 30 procent van de opbrengsten afstaan aan de fiscus. Dat betekent dat een staatsbon op tien jaar netto 1,19 procent in het laatje brengt. Per 1.000 euro verdien je dus 11,9 euro.
Alternatieven voor de lange termijn
Dat is ruim 10 keer meer dan wat je bij het leeuwendeel van de spaarrekeningen krijgt, namelijk 1,1 euro per 1.000 euro. Maar het spaarboekje heeft als grote troef dat je je kapitaal op eender welk moment kan opvragen. Om die 1,19 procent netto op een staatsbon te krijgen, moet je je kapitaal voor tien jaar vastklikken. En daar knelt nu net het schoentje, want de kans bestaat dat de rente in de toekomst stijgt, waardoor toekomstige staatsbons meer geld in het laatje zullen brengen. Bovendien zijn er heel wat lucratievere varianten als je een beleggingshorizon van 10 jaar of meer hebt.
We nemen aandelen als voorbeeld. De Belgische sterindex Bel20 stond tussen 1991, het ontstaan van de index, en 2021 garant voor een geannualiseerd rendement van 7,64 procent (inclusief herinvesteren dividenden), leert een berekening van Euronext. Dat is een veelvoud van wat je krijgt op het geld dat je uitleent aan de staat.
Bij aandelen moet je er natuurlijk wel rekening mee houden dat goede en slechte beursjaren elkaar voortdurend afwisselen. Zo was 2021 bijvoorbeeld een grand cru-jaar voor beleggers. De Bel20 was toen bijvoorbeeld bijna 20 procent hoger geschoten. Dit jaar staat de index momenteel op een verlies van zo’n 14 procent.
Je moet dus tegen een stootje kunnen, maar op lange termijn doen aandelen het hoe dan ook beter dan vastrentende spaar- en beleggingsproducten, zoals de Belgische staatsbons. De coupons zijn simpelweg ook veel te laag om de inflatie te kloppen. De Belgische geldontwaarding bedroeg in juli 9,6 procent, wat meer dan een zevenvoud is van wat je krijgt op een staatsbon met een looptijd van tien jaar. De zekerheid van een staatsbon gaat (in de huidige inflatiesituatie) met andere woorden gepaard met een fors verlies aan koopkracht.
(evb)