In het VK is de werkloosheid in het eerste kwartaal gedaald tot 4,6%, een niveau dat voor het laatst in 1975 werd geregistreerd. Maar in de eerste drie maanden van 2017 gingen de lonen -aangepast aan de inflatie – 0,2% lager. Britten verdienen nu gemiddeld even veel als in 2015.
[In bovenstaande grafiek de procentuele toename in werkgelegenheid (blauwe lijn) en de procentuele afname in verloning (rode lijn)]
Die inflatie heeft zich sinds de Brexit versneld. De daling van het Britse pond heeft de prijs van importproducten de hoogte ingejaagd.
Ook productiviteit is een probleem
Toch is inflatie niet de enige reden voor de stagnerende lonen. Groot-Brittannië kampt ook met een productiviteitsprobleem en dat was al het geval voor de Britten in juli vorig jaar beslisten uit de Europese Unie te stappen.
Ook in het eerste kwartaal ging de productiviteit nog eens 0,5% lager in vergelijking met het laatste kwartaal van 2016. Het bbp steeg in de periode januari – maart met 0,3%, maar daarvoor moesten wel meer werkuren worden ingezet.
“De combinatie van stijgende inflatie en dalende productiviteit voorspelt weinig goeds voor de levensstandaard”, zegt arbeidsmarktspecialist Gerwyn Davies in de Times of London.
Waarom is dit belangrijk?
Net als in de eurozone en de Verenigde Staten zijn ook in Groot-Brittannië steeds meer mensen aan het werk, die het steeds moeilijker krijgen om de eindjes aan elkaar te knopen. Een van de reden daarvoor is de opkomst van de zogenaamde gig-economie, die grote aantallen slecht betaalde jobs genereert (Denk Uber, Deliveroo,…)
Steeds meer Fransen, Britten, Amerikanen en andere westerlingen zullen de komende jaren hun veilige jobs met pensioenrechtenmoeten inruilen voor een zelfstandig statuut zonder voordelen, zal hun gevoel van onzekerheid toenemen.
De westerse staat beschermde individuen lange tijd tegen de wisselvalligheden van de vrijemarkteconomie, maar trekt zich steeds verder uit die rol terug. De opkomst van het populisme in de EU is zonder twijfel een van de gevolgen van deze verdere uitholling van de middenklasse.