Key takeaways

• Het gemiddelde arbeidsleven in de EU zal naar verwachting 37,2 jaar bedragen in 2024.
• Mannen verwachten een langer gemiddeld arbeidsleven (39,2 jaar) dan vrouwen (35,0 jaar).
• Verschillende EU-landen verhogen de pensioenleeftijd om de demografische veranderingen het hoofd te bieden en de levensvatbaarheid van de pensioenstelsels te garanderen.

In 2024 zullen mensen van 15 jaar en ouder in de EU naar verwachting gemiddeld 37,2 jaar werken. Dit cijfer verschilt echter aanzienlijk van land tot land. Zes landen – Nederland, Zweden, Denemarken, Estland, Ierland en Duitsland – kunnen bogen op een gemiddeld arbeidsleven van 40 jaar of meer. Roemenië daarentegen had het kortste werkende leven (32,7 jaar), op de voet gevolgd door Italië (32,8 jaar) en Kroatië, Griekenland en Bulgarije (elk 34,8 jaar). Dat meldt Eurostat.

Werkzame jaren per geslacht

Mannen in de EU konden een gemiddeld arbeidsleven van 39,2 jaar verwachten. De langste periodes werden waargenomen in Nederland (45,7 jaar), Denemarken (44,2 jaar) en Zweden (40,0 jaar). Daarentegen had Roemenië het kortste werkende leven voor mannen (35,9 jaar), net als Kroatië en Bulgarije (beide 36,0 jaar).

Vrouwen in de EU werkten gemiddeld 35,0 jaar. Estland ging aan kop met de langste duur (42,2 jaar), gevolgd door Zweden (42,0 jaar) en Nederland (41,8 jaar). Italië had het kortste werkende leven voor vrouwen (28,2 jaar), gevolgd door Roemenië (29,2 jaar) en Griekenland (31,1 jaar).

Pensioenleeftijd stijgt door demografische veranderingen

De trend naar hogere pensioenleeftijden is duidelijk in veel EU-landen. Dit wordt gedreven door demografische veranderingen, zoals dalende geboortecijfers en een vergrijzende bevolking. Deze aanpassingen zijn bedoeld om de druk op de pensioenstelsels en overheidsbegrotingen te verlichten.

Nederland zal in 2024 de pensioenleeftijd van 67 jaar bereiken, België wil deze in 2030 verhogen naar 67 jaar, Duitsland verhoogt de pensioenleeftijd geleidelijk naar 67 jaar in 2031. Frankrijk heeft de pensioenleeftijd recent verhoogd van 62 naar 64 jaar en Spanje streeft naar 67 jaar in 2027. Denemarken onderscheidt zich door de meest radicale hervorming: de pensioengerechtigde leeftijd zal in 2040 stijgen naar 70 jaar.

Deze veranderingen weerspiegelen een bredere maatschappelijke verschuiving naar een langer werkzaam leven. Ze dragen bij aan de gestage toename van het verwachte gemiddelde werkzame leven in de EU, van 34,8 jaar in 2014 naar 37,2 jaar in 2024. Deze trend geeft echter ook aanleiding tot bezorgdheid over de houdbaarheid van de pensioenfinanciering, aangezien de bevolking in de werkende leeftijd blijft krimpen. (uv)