Key takeaways
- Bijna de helft van de volwassenen (44,6 procent) die in een financieel achtergesteld huishouden zijn opgegroeid, hebben vandaag de dag te maken met armoede of sociale uitsluiting.
- Individuen die op 14-jarige leeftijd in een eigen huis woonden, hebben een significant hogere kans (77,1 procent) om als volwassene een eigen huis te bezitten en een veel lager risico (13,3 procent) om armoede of sociale uitsluiting te ervaren.
- Volwassenen die op 14-jarige leeftijd niet over essentiële schoolbenodigdheden beschikten vanwege financiële beperkingen, lopen een aanzienlijk hoger risico (58,7 procent) op armoede of sociale uitsluiting in vergelijking met degenen die wel toegang hadden tot noodzakelijke schoolbenodigdheden (15,9 procent).
Invloed van armoede in kindertijd
Opgroeien in een kwetsbare gezinsomgeving verhoogt het risico op armoede op volwassen leeftijd aanzienlijk. Onderzoek van Statbel, het Belgisch bureau voor de statistiek, dat gegevens gebruikt van de EU-SILC-enquête van 2023, onthult een schril contrast tussen personen die tijdens hun adolescentie financiële problemen hadden en zij die dat niet hadden.
Bijna de helft van de volwassenen (44,6 procent) die opgroeiden in een financieel achtergesteld huishouden, kampt vandaag met armoede of sociale uitsluiting. Ter vergelijking: slechts 8,9 procent van de volwassenen die tijdens hun adolescentie financiële stabiliteit kenden, loopt soortgelijke risico’s. Dit benadrukt de blijvende invloed van de omstandigheden in de kindertijd op de resultaten van volwassenen.
Ouders bepalen toekomst van kinderen
De huisvestingsstatus op 14-jarige leeftijd weerspiegelt ook deze cyclus. Personen die op die leeftijd in een eigen huis woonden, hebben een significant hogere kans (77,1 procent) om als volwassene een eigen huis te bezitten en een veel lager risico (13,3 procent) om armoede of sociale uitsluiting te ervaren. Omgekeerd hebben degenen die in een huurwoning zijn opgegroeid minder kans om een eigen huis te bezitten (47,9 procent) en lopen ze een groter risico (33,8 procent) op armoede of sociale uitsluiting.
De opleiding van de ouders speelt een cruciale rol bij de vorming van het traject van kinderen. Een hoger opleidingsniveau van de vader correleert met betere educatieve en financiële resultaten voor de kinderen. Wanneer vaders bijvoorbeeld een laag opleidingsniveau hebben, bereikt slechts 33,8 procent van hun kinderen hoger onderwijs, terwijl meer dan een kwart (26,4 procent) als volwassene met armoede of sociale uitsluiting te maken krijgt.
Toegang tot basisbehoeften op school
Toegang tot basisbehoeften op school tijdens de adolescentie benadrukt nog eens het verband tussen achterstand in de kindertijd en achterstand op volwassen leeftijd. 3,7 procent van de ondervraagde volwassenen gaf aan op 14-jarige leeftijd niet over essentiële schoolbenodigdheden te beschikken vanwege financiële beperkingen. Deze groep loopt een aanzienlijk hoger risico (58,7 procent) op armoede of sociale uitsluiting in vergelijking met degenen die wel toegang hadden tot noodzakelijke schoolbenodigdheden (15,9 procent).
Wil je toegang tot alle artikelen, geniet tijdelijk van onze promo en abonneer je hier!
