Europa is niet vol, maar daar waar de bevolking krimpt staat men sceptisch tegenover immigratie

De anti-migratiebeweging houdt al een tijd vol dat ‘Europa vol is’. Statistieken die dinsdag in het kader van de World Population Day, een initiatief van de Verenigde Naties, door Eurostat worden gepubliceerd, schetsen een ander beeld. Hoewel de bevolking in de 28 EU-landen vorig jaar in totaal met 1,5 miljoen mensen toenam, kende ze in 10 landen een daling.

In sommige landen – Duitsland bijvoorbeeld – heeft immigratie de lage geboortecijfers gecompenseerd (de bevolking groeide er in 2016 met 0,76%). In andere landen, zoals Ierland, gebeurt exact het tegenovergestelde. Met 13,5 geboortes per 1.000 inwoners overklassen de Ieren alle andere EU-landen, die gemiddeld met moeite aan 10 geboortes per 1.000 inwoners komen.

Oost-Europa

Oost-Europa, dat decennialang mensen moest zien vertrekken, heeft het op beide vlakken moeilijk. In Letland trokken vele Russen na de val van de Sovjet Unie opnieuw huiswaarts, terwijl de toetreding tot de EU nog eens 10% van de bevolking aanspoorde om te vertrekken. De Oost-Europese landen tonen zich ook meest sceptisch over de opname van migranten uit het Midden-Oosten.

Volgens het Britse International Longevity Centre zal de Oost-Europese bevolking tegen 2060 met nog eens 20% afnemen.

De vergrijzing van Europa

Europa telt ook het hoogste percentage ouderen ter wereld. Eén op vier Europeanen is nu al ouder dan zestig; tegen 2050 zullen er dat meer dan één op drie zijn.  De vergrijzend Europese bevolking zet ook steeds meer druk op de betaalbaarheid van de gezondheidszorg en op de arbeidsmarkt. Op korte termijn is dit alles goed nieuws. Schaarste aan werkvolk duwt de lonen hoger, maar op langere termijn dreigt zaken doen in de regio een pak minder aantrekkelijk te worden.