In Venezuela is het leger nu ook verantwoordelijk voor de distributie van voedsel en geneesmiddelen. President Maduro heeft de minister van Defensie, generaal Vladimir Padrino, benoemd tot verantwoordelijke voor het vervoer en de distributie, de prijszetting en de productie van voedingsmiddelen en geneesmiddelen, staat te lezen in het Venezolaanse staatsblad.
De volledige economie staat nu de facto onder militair bewind. De maatregel maakt van ‘superminister’ Padrino (rechts op de foto) een van de machtigste mensen in het socialistische kabinet Maduro.
Het leger regeert het land
Grote delen van de slabakkende economie waren al in handen van het leger, gaande van de banken tot de import en de export, maar ook de mijnindustrie en de staatstelevisie.
Telde het land in 1993 amper 50 generaals dan zijn er dat vandaag 4.000. Tientallen militaire ondernemingen zijn sinds het aantreden van Maduro opgericht. De macht van het leger in het land is enorm: actieve of voormalige militairen staan aan het hoofd van een derde van alle ministeries en regeren de helft van de 23 provincies.
De militairen worden door de crisis amper getroffen: ze gunnen zichzelf grote loonsverhogingen en genieten geprivilegieerde toegang tot voedsel en woningmarkt. De militairen kunnen de hand leggen op lucratieve contracten, controleren de valutahandel en verkopen goedkope olie met woekerwinsten aan buurlanden.
Onlangs nog publiceerde het blog ‘Relojes del Chavismo’ foto’s van Padrino met een IWC Pilot’s Watch Chronograph Top Gun Miramar om de pols. Kostprijs 11.900 Amerikaanse dollar.
[media-credit name=”© Relojes del Chavismo” align=”aligncenter” width=”652″][/media-credit] In grote delen van het land – dat over ’s werelds grootste bewezen oliereserves beschikt maar de voorbije jaren door de lokale elite is leeggeroofd – lijden de armen honger. Huisdieren worden op straat achtergelaten omdat de eigenaars amper zichzelf kunnen voeden.
Volgens oppositieleider Julio Borges ‘geeft Maduro nu de sleutels van het presidentieel paleis Miraflores in handen van een militair die er maar niet in slaagt de economische crisis in het land te counteren’.
Een samenzwering tegen de socialistische revolutie
Eerder deze week liet Maduro nog een fabriek van het Amerikaanse concern Kimberly-Clark, producent van onder meer toiletpapier en maandverband, nationaliseren.
De fabriek diende – net als 85% van alle Venezolaanse fabrieken – zijn activiteiten stop te zetten omdat het onmogelijk bleek nog langer de noodzakelijke grondstoffen te vinden.
Maduro beticht Kimberly-Clark echter lid te zijn van een samenzwering tegen de socialistische revolutie. Hij benadrukte dat de overheid – lees de militairen – voortaan de fabriek operationeel zal houden. Juan Pablo Olalquiaga, de voorzitter van de Venezolaanse kamer van Industrie, paart zijn kritiek op de maatregel niet:
‘Het is niet omdat alle fabrieken nu in handen van het leger komen, dat er plots grondstoffen zullen tevoorschijn komen. De president bewijst nog eens dat hij niet begrijpt hoe de economie werkt’