Russische hackers hebben woensdag verschillende overheidsinstellingen en particuliere bedrijven in Estland met een reeks cyberaanvallen getroffen. Dat deden de Russen nadat de Baltische staat een Sovjet-oorlogsmonument had verwijderd en had besloten toeristenvisa voor Russen in te trekken.
“Estland werd getroffen door de meest omvangrijke cyberaanval sinds 2007”, zei Luukas Ilves, hoofd communicatie van de regering. “De aanvallen waren echter niet effectief en E-Estland is nog steeds operationeel. De dienstverlening werd niet verstoord. Op enkele korte en kleine uitzonderingen na zijn alle websites de hele dag volledig beschikbaar gebleven. De aanval is in ons land grotendeel onopgemerkt gebleven”, aldus Ilves.
Dezelfde dag claimde de Russische groep KillNet de aanval via hun Telegram-kanaal. De groep is een brutaal collectief van pro-Russische hackers, die incidenteel samenwerkt met de veiligheidsdiensten van Moskou. Via Telegram zei KillNet dat het in actie kwam als reactie op de verwijdering van een Sovjet-oorlogsmonument in de Estse stad Narva.
Baltische staten vormen de frontlinie
De Baltische staten vormen de frontlinie voor het cyberconflict tussen Europese regeringen en Russische hackers. Zo kreeg het Letse parlement vorige week te maken met een DDoS-aanval – Distributed Denial-of-Service – van dezelfde Killnet-hackgroep, nadat het had gestemd om Rusland tot “staatsponsor van terrorisme” te verklaren.
En ook Litouwen werd geconfronteerd met een reeks digitale aanvallen nadat het de spoorlijn richting de Russische exclave Kaliningrad had geblokkeerd als reactie op de ingestelde westerse sancties.
Sovjet-monument werd verwijderd
De aanvallen op de digitale infrastructuur van Estland kwamen nadat de regering had besloten een oorlogsmonument uit de Sovjet-Unie in de oostelijke stad Narva te verwijderen. “De regering heeft besloten om het oorlogsmonument van het voormalige buitenlandse regime in de stad verwijderen. Op deze manier willen we voorkomen dat het meer vijandigheid in de samenleving teweegbrengt en oude wonden openrijt”, zei de premier Kaja Kallas op dinsdag.
Estland werd, samen met Letland en Litouwen, van 1940 tot aan 1991 bezet door de Sovjet-Unie. De verwijdering van de tank effent de weg voor een bredere inspanning van de regering om tegen het einde van het jaar alle Sovjet-oorlogsmonumenten uit de openbare ruimtes in het land te verwijderen. Dat zegt de regering in een verklaring.
(as)