De Servische president Aleksandar Vučić heeft een “zeer gunstig” Russisch gascontract van drie jaar onderhandeld.
Dat bericht persagentschap Reuters.
In het Europese amalgaam van landen wiens energiebeleid steunt op de toevoer van buitenlands gas, blijft Servië een bondgenoot van Rusland. Het Balkanland doet niet mee aan de boycot op gasimport die EU-landen aan Rusland opleggen. Het gaat zelfs extra gas invoeren.
Servië is dan ook bijna volledig afhankelijk van Rusland voor zijn gas. De belangrijkste energiebedrijven in het land zijn ook in Russische handen.
Gazprom
Zondag zou de Servische president tijdens een telefoongesprek met de Russische autocraat Vladimir Poetin een nieuw gascontract hebben onderhandeld. “Het akkoord dat president Vučić met president Poetin heeft bereikt, bewijst hoezeer het besluit van Servië om niet mee te doen aan de anti-Russische hysterie wordt gerespecteerd”, zei minister van Binnenlandse Zaken Aleksandar Vulin, geciteerd door persbureau AP.
“De vrije leider, het vrije volk, neemt beslissingen die goed zijn voor Servië en aanvaardt geen bevelen van het Westen”, zei Vulin, die bekend staat om zijn pro-Russische houding.
Het nieuwe contract zou gaan om een deal van drie jaar met het Russisch staatsbedrijf Gazprom. Het vorige contract was er een van tien jaar, en ook met Gazprom, en eindigt op 31 mei.
Vučić zou ook met Poetin gesproken hebben over uitbreiding van de gasopslagruimte in het Balkanland. “Poetin zei dat ik hem moest bellen als ik het gevoel had dat er nog iets te bespreken valt”, zo citeert Reuters de Servische leider.
Bevoorradingszekerheid
De EU, waar Servië niet toe behoort, heeft sinds de Russische invasie in Oekraïne de import van fossiele brandstoffen uit Rusland proberen te verminderen. Tijdens een top die maandag start, zal een ban op de import van Russische olie worden besproken. Maar het volledig dichtdraaien van de Russische gaskraan blijft moeilijk.
“Als we voor een of twee lidstaten een uitzondering willen maken om redenen van bevoorradingszekerheid, moeten we ervoor zorgen dat we dat juridisch gezien op zo’n manier doen dat we de interne markt niet meer schade berokkenen dan we van plan waren,” zei de EU-diplomaat aan Euractiv. “Het moet zeer zorgvuldig gebeuren. En dit is een technische, legalistische kwestie, waar we nog steeds aan werken.”
(ns)