Moeten jongeren al op 16 jaar kunnen stemmen?

The Economist pleit deze week in een editoriaal voor de verlaging van de stemgerechtigde leeftijd tot 16 jaar. Wie denkt dat 16- en 17-jarigen te jong zijn om te stemmen ziet een belangrijk gegeven over het hoofd, aldus het liberale weekblad: een steeds groter aantal jongeren stemt helemaal niet.

Bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 1972 bood 50% van de jonger dan 25-jarigen zich aan bij het stemloket; in 2012 was dat nog 38%. In datzelfde jaar ging wel 70% van de 65-plussers stemmen. Gelijkaardige patronen zijn waarneembaar in alle geïndustrialiseerde landen.

Gaan stemmen is een gewoonte, schrijft het blad en wie er nooit mee start, doet het uiteindelijk nooit.

Er zijn tal van redenen waarom jongeren niet gaan stemmen: ze zien het als een keuze, eerder dan als een plicht en hebben weinig voeling met politici, die zich steeds meer op de oudere bevolkingsgroepen gaan richten. Die worden vanwege de vergrijzing steeds talrijker.

66 procent van de Vlaamse jongeren is ervan overtuigd dat de hun mening door de politici wordt genegeerd. Ze zien de politiek als een oud middel dat enkel de belangen van ouderen behartigt.

Stemplicht?

Een aantal landen – België, Australië, Brazilië,… – heeft een stemplicht, wat de opkomst uiteraard omhoog jaagt, maar wat de onvrede met de politiek niet reduceert.

De verlaging van de stemgerechtigde leeftijd tot 16 is in Schotland een succes gebleken. Daar daagden bij het onafhankelijkheidsreferendum in 2014 meer 16- en 17-jarigen op dan 18- tot 25-jarigen. Eenzelfde fenomeen deed zich in Oostenrijk voor.

Waarom is het zo belangrijk dat jongeren gaan stemmen? 

De reden is evident: het zijn zij die naast de kosten van de klimaatverandering, ook de hen door ouderen opgedrongen kosten van de vergrijzing, de pensioenen,  de sociale zekerheid en andere verworven rechten zullen moeten dragen.

Econoom Geert Noels (Econopolis) verwoordde het een tijd geleden in het praatprogramma ‘De Afspraak’ op de openbare omroep als volgt:

‘De jongeren gaan in onzekere statuten, met minder inkomen en met minder garanties, harder moeten werken om hun productiviteitswinsten af te geven om de verworven rechten van de oudere generatie ““ en die deze ouderen niet in vraag willen stellen ““ te kunnen behouden.’

Laat ze dus vroeger gaan stemmen om de kans te vergroten dat ze betere burgers worden.