De Gentse winkelstraten lopen sneller leeg dan die van andere provinciehoofdsteden. Dat blijkt uit het antwoord van Vlaams minister van Werk en Economie Philippe Muyters (N-VA) op een schriftelijke vraag van Vlaams Parlementslid Anke Van dermeersch (Vlaams Belang).
Stijging in de meeste provinciehoofdsteden
In Hasselt was er tussen 2014 en 2015 een sterke stijging merkbaar, van 217 naar 284. Daarna zakte het cijfer terug tot 232, oftewel een netto-stijging van 15 bijkomende panden. In Brugge was er een lichte stijging: in 2013 werden er nog 146 leegstaande panden geteld, in 2017 was dat aantal opgelopen tot 168. Daar kon er dus een totale stijging van 22 panden worden genoteerd. In Leuven steeg het aantal dan weer van 158 in 2015 tot 180 in 2016, om daarna terug te dalen tot het huidige niveau van 169, met een netto-stijging van 11 panden als resultaat.
Alleen in Antwerpen is er een dalende trend
Alleen in Antwerpen was er sprake van een daling: in 2013 was er sprake van 1.489 leegstaande panden, waarna dat aantal afnam tot 1.380 in 2016, om daarna terug wat te stijgen tot 1.455 vandaag. Het netto-resultaat bedroeg daar dus een daling van 34 panden.
Co-financiering
Door middel van co-financiering wil minister Muyters (N-VA) gemeenten aanzetten om hun kernwinkelgebied te versterken. Dat doet hij door een Vlaamse toelage om wonen en werken boven winkels te stimuleren. Dit jaar dienden al 18 gemeenten een aanvraag in voor zo’n subsidie. Afwachten of dit effect merkbaar zal zijn bij de volgende telling.