De Franse kandidaat Jean-Luc Mélenchon (La France insoumise) werd vorige week tot de winnaar uitgeroepen van het presidentieel debat waaraan voor het eerst de 11 overblijvende kandidaten deelnamen. Mélenchon is een voormalig trotskist, die zijn bewondering voor de politieke experimenten in Cuba, Bolivië en Venezuela nooit verborg.
Zijn programma leest dan ook als een diatribe tegen het kapitalisme. Mélenchon pleit voor een werkweek van 32 uur, een onmiddellijke Franse exit uit de NAVO en de invoering van een rijkentaks (impôt de solidarité sur la fortune) waarbij al wie meer dan 360.000 euro per jaar verdient (of 20 keer het gemiddelde Franse inkomen) 100% van het gedeelte boven dat bedrag aan de staat moet afgeven. Daarnaast wil hij 273 miljard uitgeven aan publieke werken en groene projecten en de Franse pensioenleeftijd verlagen van 62 naar 60 jaar. Bedrijven die winst maken zouden ook geen personeel meer mogen ontslagen.
Mélenchonmania
Franse media persen de Mélenchonmania uit als een citroen. De ex-minister van Onderwijs uit de regering Lionel Jospin (2000 – 2002) zou nu in de eerste ronde hoger eindigen dan François Fillon en enkel nog Marine Le Pen en Emmanuel Macron moeten laten voorgaan. Omdat de peilingen in Frankrijk alles behalve betrouwbaar zijn, beginnen sommigen nu al te vrezen voor een tweede ronde Le Pen – Mélenchon, of de keuze tussen de kandidaat van uiterst-rechts en de kandidaat van uiterst-links.
De rijkentaks
De rijkentaks kost het land nochtans meer dan ze opbrengt, berekende Eric Pichet, docent economie aan de Kedge Business School, omdat mensen gewoon het land verlaten. Sinds 2000 hebben niet minder dan 60.000 Franse miljonairs de deur achter zich dichtgetrokken, blijkt uit onderzoek van de New Wealth Group, om naar voorkeursbestemmingen als België en Zwitserland af te reizen.
De rijkentaks is voor de Fransen vooral een symbolische obsessie geworden – François ‘Je n’aime pas les riches‘ Hollande voerde ze in en even snel terug af-, want uiteindelijk bracht ze in 2015 amper 5,2 miljard euro op, minder dan 2% van alle geïnde belastingen.
Het Franse probleem met geld en rijkdom
Frankrijk heeft dus wel degelijk een probleem met geld en rijkdom, maar zou die afkeer best afleggen, staat te lezen in het boek ‘La Sagesse de l’Argent’ van de Franse auteur Pascal Bruckner.
De auteur wijst erop dat in de Verenigde Staten geld vooral als een teken van succes wordt beschouwd, terwijl in Frankrijk een grote vijandigheid aan de dag wordt gelegd tegenover geld, de rijke klasse en financiële beroepen. Frankrijk heeft volgens Bruckner dan ook een morele revolutie nodig waardoor die afkeer kan worden afgeworpen.