In de Europese Unie is de capaciteit van het elektriciteitsnetwerk het voorbije jaar met 24,5 gigawatt uitgebreid. Duurzame bronnen hadden een aandeel van 86 procent in die nieuwe capaciteit.
Dat blijkt uit een rapport van sectororganisatie WindEurope. Het vorige record dateert van drie jaar geleden, toen duurzame bronnen 79 procent van de nieuwe capaciteit vertegenwoordigden. Er wordt aan toegevoegd dat voor de eerste keer in de geschiedenis meer dan de helft van de geïnstalleerde capaciteit door windenergie werd aangebracht. Windkracht is na gas inmiddels de belangrijkste energiebron van de Europese Unie geworden. De cijfers tonen volgens het rapport aan dat Europa het gebruik van fossiele brandstoffen verder wil afbouwen. Het voorbije jaar heeft windkracht de plaats van steenkool als tweede belangrijkste bron van elektriciteit verdrongen. Duitsland zorgde het voorbije jaar voor de grootste toevoeging van windkracht, maar opgemerkt wordt dat in Frankrijk, Nederland, Finland, Ierland en Litouwen nieuwe installatie-records werd opgetekend.
Verdeeld
Weliswaar werd 3 procent minder capaciteit geïnstalleerd dan het jaar voordien, maar door een sterke toename van het aantal offshore windparken, die zwaardere budgetten vergen, werd toch een recordinvestering van 27,5 miljard euro gerealiseerd. De grootste realisatie van het voorbije jaar was het windpark Gemini in Nederland, dat in februari vorig jaar aan het net werd gekoppeld, gevolgd door de projecten Gode Wind in Duitsland en Westermeerwind in Nederland. Giles Dickson, chief executive van WindEurope, wijst er echter op dat er nog een lange weg moet worden afgelegd. In totaal is op dit ogenblik in de Europese Unie een capaciteit van 153,7 gigawatt aan windkracht geïnstalleerd. In totaal heeft de regio echter een elektriciteitscapaciteit van 918,8 gigawatt. Gehoopt wordt een bijkomende stimulus kan worden ervaren wanneer steeds meer steenkoolcentrales worden verplicht de activiteiten stop te zetten. Dickson wijst echter ook op een bijzonder verdeeld beleid en blijven de inspanningen in sommige landen heel beperkt. (mah)