Waarom gaan zo weinig bedrijven failliet tijdens de coronacrisis?

De faillissementscijfers voor de maand oktober bevestigen de trend sinds het begin van de coronacrisis. Er gaan beduidend minder bedrijven bankroet dan vroeger. De al meermaals voorspelde faillissementengolf blijft nog altijd uit.

Dit zijn de cijfers die het statistiekenbureau Statbel donderdag publiceerde:

  • In oktober 2021 registreerden de ondernemingsrechtbanken 664 faillissementen. Dat zijn er 50 meer dan een jaar eerder, maar wel nog 266 minder dan in oktober 2019.
  • Of nog: het aantal faillissementen lag vorige maand ruim een kwart (-28,6 procent) lager dan precorona.
  • In een normaal jaar telt België 9.000 tot 11.000 faillissementen. Maar over 2020 waren dat er slechts 7.203 en dit jaar zullen we vermoedelijk tussen 6.000 en 7.000 uitkomen. De teller staat voorlopig op 5.151.

Fiscus en RSZ

“Verscheidene overheidsmaatregelen hadden een matigend effect op het aantal faillissementen dat uitgesproken werd sinds maart 2020”, schrijft Statbel in een begeleidend rapport. De regering-De Croo voerde de schokdempers in om de economische impact van de coronacrisis te beperken.

De lage faillissementscijfers van 2020 hebben vooral te maken met de zogeheten moratoria. Faillissementsprocedures voor de rechtbanken werden bevroren om leefbare bedrijven tijdelijk beschutting te geven.

Maar dat kan geen verklaring meer zijn voor het lage aantal in 2021, want het laatste moratorium liep begin dit jaar af. Wat dan wel? Statbel wijst op de belangrijke rol van de fiscus (FOD Financiën) en de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ). Beide mogelijke schuldeisers van overheidswege stelden zich inschikkelijk op en gingen niet over tot dagvaardingen voor een faillissement.

“Zowel de FOD Financiën als de RSZ stelden een feitelijk moratorium in, door bedrijven niet failliet
te laten gaan als gevolg van schulden bij de belastingdiensten of de sociale zekerheid. Deze regeling bleef tot oktober 2021 van kracht voor wat de RSZ betreft, terwijl ze momenteel nog steeds van kracht is voor de belastingdiensten”, legt Statbel uit in een rapport.

Staatsinfuus

Het wordt in de komende maanden uitkijken hoe streng de RSZ voortaan zal zijn als een bedrijf grote schulden opstapelt door achterstallige sociale bijdragen.

Veel noodlijdende bedrijven blijven ook overeind dankzij een heleboel steunmaatregelen van zowel het federale, gewestelijke als lokale niveau, stipt Statbel aan. Een gelijkaardig fenomeen wordt overigens ook in Frankrijk en Nederland vastgesteld.

Het gaat evenwel niet alleen om vrijstellingen, maar ook betaaluitstel en minnelijke afbetalingsplannen. In die laatste gevallen zullen de bedrijven in kwestie dus vroeg of laat moeten betalen. Als ze massaal door het ijs zakken, krijgen we misschien toch de tsunami aan faillissementen die al verscheidene keren voorspeld werd, maar vooralsnog geen realiteit werd.

Minnelijke schikkingen

Maar zelfs als het geld helemaal op is, zijn er nog andere scenario’s dan een faillissement mogelijk. De federale regering versoepelde immers tijdelijk de toegangsregels voor een gerechtelijke reorganisatie en maakte die procedure ook aantrekkelijker via een belastingvrijstelling en de afschaffing van de publicatieplicht.

Dat alles maakt het makkelijker om in alle discretie te onderhandelen en tot een minnelijke schikking tussen het armlastige bedrijf en zijn schuldeisers te komen, bijvoorbeeld over een trager afbetalingstempo.

De vereenvoudigde toegang tot de gerechtelijke organisatie loopt nog tot 16 juli 2022. Het valt niet uit te sluiten dat het aantal faillissementen daardoor ook nog in de eerste helft van 2022 binnen de perken blijft.

(lb)

Meer