Verstand, niet spierballen maakt de beste gangsters

Ook in de criminele wereld biedt een hogere opleiding een meerwaarde. Dat blijkt uit een onderzoek van wetenschappers aan de University of Essex, die een portretstudie maakten van de Amerikaanse mafiosi in het midden van de voorbije eeuw.

Vastgesteld werd dat gangsters voor elk bijkomend jaar onderwijs een inkomstenstijging met 8 procent lieten optekenen. Bij specialisten in zakelijke criminaliteit – zoals bedrog, fraude, smokkel, prostitutie, belastingontduiking, gokken, namaak en verduistering – is het effect nog duidelijker. Daar is sprake van een surplus tussen 13 procent en 18 procent. Bij legale werknemers uit dezelfde bevolkingsgroepen bleek elk jaar onderwijs een meerwaarde van 9,5 procent op te leveren. Het onderzoek toont dat Amerikaanse gangsters in het begin van de jaren veertig een gemiddeld jaarinkomen van 825 dollar boekten. Legale werknemers kwamen aan een gemiddeld jaarloon van 1.970 dollar. Desondanks bezaten de gangsters vaker een eigen huis. Daarnaast had de woning van een mafioso een gemiddelde waarde van 7.336 dollar. Werknemers in het legale arbeidscircuit bezaten vastgoed met een gemiddelde waarde van 6.651 dollar. “Een betere opleiding stelt de mafiosi wellicht in staat opportuniteiten en risico’s beter in te schatten,” zegt onderzoeksleider Giovanni Mastrobuoni, professor economie aan de University of Essex. “Bovendien zorgt een hogere opleiding ook voor een beter inzicht in logistiek. Dat komt ten goede aan zowel de criminele als legitieme activiteiten van de gangsters.”

Zeevaartschool

Het onderzoek – waarbij gegevens van meer dan zevenhonderd gangsters werden geanalyseerd – toont dat mafioso gemiddeld acht jaar onderwijs genoten. Dat was ongeveer één jaar minder dan het gemiddelde van mannen met een gelijkaardige achtergrond in het legale circuit. “Topgangsters Charles Lucky Luciano en Al Capone verlieten weliswaar al op veertienjarige leeftijd de school,” aldus de studie. “Daarmee bleken ze toch één jaar meer onderwijs genoten te hebben dan de meeste andere mafioso.” Ook verwijst Mastrobuoni naar de figuur van Joe Bananas Bonanno, die op Sicilië aan de zeevaartschool had gestudeerd vooraleer hij naar de Verenigde Staten emigreerde. Bonanno omschreef zichzelf als een investeerder en verwees steeds naar zijn legitieme activiteiten in onder meer de hotelsector, die weliswaar door de inkomsten uit criminele operaties werden gefinancierd. Een typisch voorbeeld is Louis Dragna, die twee jaar aan de universiteit studeerde. Hij zou nadien financieel één van de meest succesvolle gangsters uit de onderwereld van Los Angeles worden. Professor Mastrobuoni merkt wel op dat de studie niet in staat is geweest een analyse te maken van de moderne mafiosi. Enerzijds zijn daarover nog geen volledige cijfers voorhanden. Bovendien zou het volgens problematisch kunnen worden een onderzoek naar de actuele criminele wereld op te zetten. (mah)