• “We hebben nu twee gigawatt en we gaan nu naar zes gigawatt door de bouw van de Prinses Elisabethzone. Daarnaast gaan we de oude zone voorzien van grotere windmolens, waardoor we op korte termijn de windenergie gaan verviervoudigen, alleen nog in ons deel van de Noordzee”, legt Van Quickenborne uit.
• “We hebben een bijzondere tafel georganiseerd met alle veiligheidsmensen van de verschillende landen. Ook met de NAVO die daar aanwezig was, en een aantal private bedrijven. Het Noorse staatsbedrijf heeft zeer verregaande technieken ontwikkeld, onder meer onderwaterstations met onderwaterdrones om kabels te inspecteren en te beveiligen.”
• De minister heeft plannen: “Het is onze ambitie om nog dit jaar een Noordzee Veiligheidspact af te sluiten, waarin we afspraken maken over minimale veiligheidsstandaarden die we allemaal gaan respecteren voor de beveiliging van onze kabels, onze pijpleidingen en van onze windmolenparken. En we willen ook afspraken maken om incidenten en informatie te delen op een gemeenschappelijk platform tussen private spelers en de publieke sector.”

Camerabeelden delen

• “Veel van die windmolenparken zijn in handen van de private sector. Daar zijn vandaag camera’s geïnstalleerd op windmolens. Dat is belangrijke informatie die binnenkomt. Die informatie moet goed gedeeld worden met de overheid.”
• “Het feit dat er een enorme toewijding is van al die leiders om massaal te investeren op zee is op zich vrij historisch te noemen. Het is een beetje vergelijkbaar met de beslissing destijds, twintig jaar geleden in ons land, om windmolens te bouwen op zee. Toen verklaarde iedereen ons voor gek. Intussen staan ze er. En intussen wordt dat overal in de wereld gedaan”, besluit Van Quickenborne.

(fjc)