Traxio: “Zakelijk model e-bikes is vaak niet zonder risico’s”

De elektrische fiets heeft de voorbije jaren een sterke opmars gekend, maar lijkt momenteel door een relatief moeilijke periode te gaan. Een aantal fabrikanten is daarbij recent ook op zoek moeten gaan naar bijkomende financiële middelen om zijn toekomst te kunnen blijven garanderen. Over die problemen had Business AM een gesprek met Filip Rylant, woordvoerder van het Belgische mobiliteitsplatform Traxio.


Het volledige interview met Filip Rylant over de e-bikes kan u hier beluisteren.

Waarom is dit belangrijk?

Een aantal fabrikanten van elektrische fietsen worstelt met financiële problemen. Dat moet volgens Filip Rylant, woordvoerder van het Belgische mobiliteitsplatform Traxio, mogelijk in aanzienlijke mate worden toegeschreven aan het zakelijk model dat een groot deel van deze bedrijven hanteren.

Onderscheid: “Er moet daarbij een onderscheid worden gemaakt tussen de traditionele fabrikanten van fietsen en enkele nieuwe partijen die op de markt zijn verschenen”, beklemtoont Filip Rylant.

  • “Deze nieuwe bedrijven zijn relatief jong”, zegt de woordvoerder van Traxio. “Ik durf me moeilijk uitspreken over hun businessmodel, maar het is wel zo dat een aantal ondernemingen die nu in zwaar weer zijn terecht gekomen, zich van een enigszins ander model bedienen dan de traditionele fabrikanten.”
    • “Deze nieuwe partijen nemen niet alleen de productie voor hun rekening, maar doen ook aan directe verkoop. Bovendien richten zij zich vaak op online verkoop, met soms enkele winkels in eigen beheer.”
    • “Wanneer met dat businessmodel niet voldoende omzichtig wordt omgesprongen, kunnen er toch wel problemen opduiken”, waarschuwt Rylant. “Deze bedrijven hebben immers niet alleen een productie, maar worden ook geconfronteerd met de opbouw van een voorraad, die op een bepaald ogenblik aan de man moet worden gebracht.”
    • “Wanneer een directe verkoop geconfronteerd wordt met een dalende vraag, dreigen er risico’s op te duiken. Dat is op dit ogenblik zeker niet het geval, maar wel is duidelijk dat die voorraad moet worden gefinancierd, terwijl er tegelijkertijd voldoende geld moet worden gegenereerd om de productie verder te kunnen zetten. Ik vermoed dat de problemen zich momenteel vooral op dit vlak manifesteren.”
  • “Misschien zijn sommigen daarbij te enthousiast op de nieuwe markt gesprongen”, voert Rylant nog aan. “Mogelijk is hun businessmodel minder duurzaam dan ze wel hadden gedacht.”
    • “Anderzijds is het een feit dat het vermijden van de traditionele retailkanalen voor grotere winstmarges zal zorgen. Er verdwijnt immers een partij uit de verkoopsketen, maar tegelijkertijd valt daarmee ook de schokdemper van de retail weg.”
    • “In het traditionele model verkoopt de producent immers aan de groothandel of de retailer. Hij krijgt daardoor onmiddellijk geld ter beschikking om zijn activiteiten verder te kunnen zetten. Dat is niet langer het geval wanneer de producent ook voor de verkoop aan de eindklant instaat. Dan rijzen er grotere risico’s.”

Investeerders overtuigen: Filip Rylant wijst er echter op dat niet alleen bij de e-bikes steeds meer met een rechtstreekse online verkoop aan de klant wordt gewerkt. Ook andere industrieën opteren vaker voor dit model.

  • “Deze aanpak heeft echter voordelen en nadelen”, stipt hij aan. “Onder meer overproductie kan dan problemen opleveren.”
    • “Bij een rechtstreekse verkoop moet de fabrikant die reserve zelf wegwerken. De twee modellen kunnen naast elkaar functioneren, maar ik denk toch dat er in de markt wat te veel optimisme is over het model van de directe en online verkoop van auto’s, motoren en zelfs fietsen.”
    • “Er is hier nog altijd de beleving die de klant moet meekrijgen”, omschrijft Rylant de uitdaging voor de verkopers. “De koper moet een product kunnen testen en proberen. De klanten zullen vaak vooraf online informatie over het product hebben verzameld, maar willen toch ook op het verkooppunt zelf nog met de potentiële aankoop nader kennis maken.”
    • “De toenemende interesse na de confrontatie met de lockdowns tegen de verspreiding van COVID-19 heeft misschien tot een overdreven optimisme geleid, maar jonge bedrijven zijn uiteraard extra gevoelig voor dreigende financiële problemen. Er zijn immers kleinere financiële buffers beschikbaar om eventuele tegenslagen op te vangen.”
  • Rylant vermoedt dat sommige fabrikanten wellicht investeerders zullen moeten overtuigen de samenwerking verder te zetten of uit te breiden.
    • Indien dat lukt, hebben zij volgens hem wellicht zicht op een goede toekomst. “Het gaat hier uiteindelijk om een mooi product dat op een sterke interesse, ook in het buitenland, kan rekenen”, merkt hij op. “We voorzien dan ook dat het marktaandeel van de elektrische fiets in de toekomst zal blijven stijgen.”
    • Wel waarschuwt Rylant voor mogelijke problemen die zouden kunnen opduiken wanneer een fabrikant de deuren zou moeten sluiten. “Dan zou het moeilijk kunnen worden om wisselstukken en updates te vinden”, meent hij. “Daarvoor moeten oplossingen worden gezocht, zodat de consument bij bedrijfsproblemen niet in de kou blijft staan.”

(nd)

Meer