Over één tot hooguit twee maanden zullen er sneltests om een besmetting met het coronavirus vast te stellen, op de markt komen. Dat is vooral een meevaller voor het onderwijs, schrijft de krant De Standaard maandag.

U moet het een beetje zien als een ‘zwangerschapstest’, die binnen vijftien minuten aangeeft of er sprake is van een infectie. In de Verenigde Staten heeft de overheid deze zomer al verschillende ‘antigenentests’ van grote bedrijven goedgekeurd door de overheid. Het gaat dan bijvoorbeeld om de sneltests van Abbott en Becton Dickinson. De test van farmabedrijf Roche moet er dan weer tegen eind september zijn.

De test van Abbott Laboratories heeft het formaat van een kredietkaart en vereist geen andere apparatuur. Het is weliswaar een neustest, maar wel een minder invasieve dan de bestaande coronatesten. Na een kwartiertje verschijnen streepjes op het kaartje, die aangeven of u besmet bent. Volgens Abbott zijn de tests tussen de 97 en 98 procent accuraat. In de Verenigde Staten kost zo’n test 5 dollar.

Superverspreiders

Hoewel de sneltests minder gevoelig zijn dan de huidige testen, kunnen ze hun dienst bewijzen. ‘Denk aan scholen. Stel dat een leerling besmet is. Je zou dan de hele klas op school een sneltest kunnen geven. De leerlingen die veel virus dragen, halen de sneltests er wel uit. Die ‘dikke vissen’ met een hoge virale lading moet je snel ontdekken, want ze zijn potentiële superverspreiders’, zegt microbioloog Herman Goossens in de krant.

In ieder geval kunnen de sneltests ook de laboratoria ontlasten, als de volgende coronagolf wellicht samenvalt met het griepseizoen. Zo vermijden we dat de laboratoria overspoeld raken door stalen van mensen met koorts, keelpijn en hoofdpijn. ‘We moeten nu, vóór ze op de markt komen, nadenken over hoe we de sneltests precies inzetten en hoe ze worden terugbetaald’, besluit Goossens.