Iraanse autoriteiten graven greppels voor slachtoffers van het coronavirus, enkele dagen nadat de overheid de virusuitbraak bekendmaakte. Dat schrijft de Amerikaanse kwaliteitskrant The Washington Post.

Twee dagen nadat Iran de eerste gevallen van besmetting met het coronavirus bekendmaakte, toonden satellietbeelden ongewone activiteiten aan op een groot kerkhof dichtbij de infectiehaard.

Op een religieuze site in de heilige stad Qom, iets meer dan 100 kilometer ten zuiden van de hoofdstad Teheran, werd vanaf 21 februari een volledig nieuw gedeelte van de begraafplaats aangelegd.

Tegen het einde van de maand, waren twee lange greppels zichtbaar vanuit de ruimte, samen zo’n 100 meter lang. Volgens analyse van experten, video-getuigenissen en officiële verklaringen gaat het om een soort massagraven om het stijgende aantal sterfgevallen door het virus in te begraven. Dat schrijft The Washington Post.

Ze bevestigen de vrees over de omvang van de virusuitbraak in Iran, en de daaropvolgende cover-up van de Iraanse regering. Op 24 februari, toen de greppels werden gegraven, beschuldigde een Iraans parlementslid de minister van Volksgezondheid ervan te liegen over de schaal van de epidemie. Volgens de wetgever waren er in Qom alleen al 50 doden gevallen, terwijl het ministerie op dat moment nog maar 12 sterfgevallen had erkend.

De vice-minister van Volksgezondheid ontkende die aantijgingen in alle toonaarden op een persconferentie, al hoestend en al zwetend. De dag daarop bleek dat hij positief testte op het coronavirus.

Sindsdien zijn al verschillende Iraanse hoogwaardigheidsbekleders gestorven: meerdere parlementsleden en een adviseur van de Opperste Leider ayotollah Khamenei onder andere. Verschillende andere beleidsmakers en clerici zijn besmet. Vooral de ayatollahs, een groep van machtige geestelijke leiders, zijn kwetsbaar vanwege hun hoge leeftijd.

De officiële cijfers van de overheid spreken van 10.000 gevallen van besmetting en 429 Iraniërs die bezweken zijn aan de ziekte. Critici denken dat het reële aantal een veelvoud daarvan is.

Amir Khafkhami, die als wetenschapper Irans cholera-epidemieën bestudeerde, zegt dat de massagraven de vermoedens onderbouwen dat de werkelijke mortaliteitscijfers veel hoger zijn en verzwegen worden.

‘Het verbaast mij niet dat ze nu massagraven maken en de ware impact van de ziekte proberen te verbergen’, zegt de professor aan de George Washington Universiteit in de VS aan de Britse krant The Guardian.

De dichte handelsrelatie tussen Iran en China is een van de laatste levenslijnen van de Iraanse economie onder het internationaal embargo.

‘Door de status van China als de voornaamste handelspartner van het land’, heeft de Iraanse oveheid in de beginfase van de virusuitbraak ontoereikende voorzorgsmaatregelen getroffen om reizigers uit China te beperken en te controleren’, aldus professor Afkhami. ‘Daarna heeft Teheran’s gebrek aan transparantie en geaarzel om drastische maatregelen te nemen het virus helpen verspreiden.’