Amerikaanse Republikeinen die de verkiezingszege van Joe Biden in 2020 in twijfel trokken, ontvangen aanzienlijk minder financiële donaties dan voor de verkiezingen. Dat blijkt uit een onderzoek van persagentschap Reuters. Verschillende Republikeinen trokken de legitimiteit van Bidens overwinning in twijfel, nu betalen ze daar een stevige prijs voor.

Republikeinen verdeeld over Trump

Toen Joe Biden in november 2020 als winnaar uit de bus kwam voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen, was Donald Trump er als de kippen bij om zijn Democratische concurrent te beschuldigen van fraude. Onmiddellijk nadat de resultaten bekend gemaakt werden, noemde de toenmalige president de uitslag “frauduleus”, “vervalst” en “ondemocratisch”.

Gerugsteund door zijn advocaat Rudy Giuliani trok Trump erop uit om in verschillende staten hertellingen van de stemmen te eisen. Zijn kruistocht tegen de verkiezingsresultaten splitste de Republikeinse partij in twee: Een kamp gematigde conservatieveling zwoer trouw aan de Amerikaanse democratische principes en erkende Biden als rechtmatige opvolger voor het Witte Huis. Een andere fractie sprong echter mee op de kar van Trump en Giuliani, en trok erop uit om “bewijs” te vinden voor verkiezingsfraude.

Het hele conflict kwam op 6 januari 2021 tot een absolute uitbarsting, toen een grote massa Trump-aanhangers het Capitool bestormde om de officiële bevestiging van de verkiezingsuitslag door het Congres tegen te houden. Trumps opruiende speeches over “gestolen verkiezingen” worden over het algemeen gezien als de vonk die het kruitvat deed ontploffen. Als reactie beslisten talloze politieke donoren alle geldstromen stil te leggen naar kandidaten die blijven weigeren om Bidens overwinning te erkennen.

Helft zo weinig bedrijfsdonaties als in 2019

De gevolgen van die financiële drooglegging zijn vandaag duidelijk zichtbaar, zo merkt Reuters op na een onderzoek naar de inkomstenbronnen van verschillende Amerikaanse Congresleden. De Republikeinen uit het Huis van Afgevaardigden die tegen de erkenning van de verkiezingsresultaten stemden, kregen in 2021 zo’n 9 miljoen dollar aan donaties uit de bedrijfswereld. Dat is niet eens de helft van de 19 miljoen dollar die ze in dezelfde periode in 2019 binnenhaalden.

Republikeinse parlementsleden die Bidens presidentschap wél goedkeurden gingen er daarentegen financieel op vooruit. Terwijl deze leden in 2019 een totaal van 13 miljoen dollar binnen haalden, was dat in 2021 gestegen tot 14 miljoen dollar.

Boycot van techbedrijven

Volgens Reuters blijkt uit de cijfers dat de financiële boycot niet beperkt blijft tot de tientallen bedrijven die onmiddellijk na de bestorming op het Capitool hun steun introkken. Door het groeiende anti-globalistische en anti-establishment ressentiment bij de Republikeinse rechtervleugel, zouden minder grote bedrijven geneigd zijn om grote sommen geld aan zulke kandidaten te doneren.

De grootste bedrijven die alle steun afhaken lijken zich vooral in de techindustrie, financiële sector of consumentengoederen te bevinden. Daaronder zitten bedrijven zoals Alphabet (moederbedrijf van Google), Bank of America, Microsoft en General Electric. Daartegenover staan bedrijven uit de defensiesector, zoals Boeing en BAE Systems, die de geldkraan voor Amerikaanse kandidaten verder opendraaiden, ongeacht of ze voor of tegen Biden stemden. Dat hun inkomsten sterk afhangen van de beslissingen die in het Congres genomen worden zal daar uiteraard sterk mee te maken hebben.

Kleine electorale impact

Ondanks die stevige daling van financiële bronnen uit de bedrijfswereld, wordt er geen al te grote electorale schade verwacht voor de Republikeinen, wel integendeel. De algemene verwachting luidt dat de Democraten hun nipte meerderheid in de Senaat – en mogelijk ook die in het Huis van Afgevaardigden – zullen kwijt geraken na de tussentijdse verkiezingen in november 2022.

Dat de partij van de zittende president die verkiezingen verliest is niet alleen een Amerikaanse traditie. Veel Amerikanen wijzen naar Biden als schuldige voor de torenhoge energieprijzen en de recordinflatie. Beide zijn het gevolg van grote geopolitieke schokken zoals een globaal tekort aan grondstoffen, problemen aan de toeleveringsketens en de oorlog in Oekraïne. Die problemen zijn sterk voelbaar in de portefeuille van de Amerikaan, en dat doen weinig goed aan Bidens populariteitscijfer.

(fjc)