In België hanteren sommige parketten – vooral die van Luik en Luxemburg – een ongewone aanpak voor bestuurders die positief testen op alcohol of drugs. Nadat het rijbewijs is ingetrokken, kan de lokale politie toestemming krijgen om bij de betrokken bestuurder thuis langs te gaan voor een zogenoemd onderzoek naar zijn of haar moraliteit.
Met deze aanpak wil men de politierechter een vollediger beeld geven van de overtreder. Zo kan het dossier worden aangevuld om later een beter onderbouwde straf te bepalen. Het onderzoek moet duidelijk maken of het alcoholgebruik dat tot de overtreding leidde een eenmalig incident was of juist wijst op een terugkerend probleem.
Controles die verder gaan dan de weg
Volgens het onderzoek van onze collega’s van L’Avenir gaat het onder meer om een automobilist uit de provincie Luik die werd tegengehouden met meer dan drie keer de toegestane alcohollimiet in het bloed en zijn rijbewijs voor twee weken verloor. Enkele dagen later stond een inspecteur bij hem thuis aan de deur om te controleren of er tekenen waren van overmatig alcoholgebruik – zoals lege flessen of andere aanwijzingen.
Tijdens zo’n huisbezoek kunnen agenten ook informatie noteren over de levensstijl van de bestuurder – zoals zijn inkomen, uitgaven, en eventuele achtergrond of verleden – om een algemeen beeld van de situatie te schetsen. Die gegevens worden vervolgens opgenomen in een proces-verbaal dat naar het bevoegde parket wordt doorgestuurd.
Lokale praktijk?
Deze procedure wordt niet overal in België op dezelfde manier toegepast. Sommige parketten, zoals dat van Namen-Dinant, voeren geen dergelijke onderzoeken uit en verkiezen in plaats daarvan toxicologische analyses of sociale rapporten van het Huis van Justitie.
In de provincies waar wel een moraliteitsonderzoek wordt uitgevoerd, maakt dit deel uit van een bredere beoordeling van de persoonlijkheid van de bestuurder. Het idee daarachter is dat de gerechtelijke autoriteiten niet alleen het vastgestelde alcoholpromillage beoordelen, maar ook de persoonlijke context waarin de overtreding plaatsvond.
Weinig doorslaggevende aanpak
Binnen de gerechtelijke wereld lopen de meningen over deze praktijk uiteen. Advocaten die gespecialiseerd zijn in verkeersrecht vinden dat ze zelden echt doorslaggevende elementen aan het strafdossier toevoegt. Maar is ze eigenlijk wel legaal?
In het Belgische recht bestaat geen specifieke wettelijke bepaling die de politie expliciet toelaat om bij alcohol- of drugsovertredingen thuis een onderzoek naar iemands zedelijkheid uit te voeren. De Wet op het Politieambt (WPA) – met name de artikelen 28 en volgende – geeft de politie echter wel de mogelijkheid om op verzoek van het parket bijkomende onderzoeksopdrachten uit te voeren in het kader van een gerechtelijk onderzoek.
Concreet betekent dit dat de procureur des Konings de politie kan vragen om nuttige informatie te verzamelen die helpt om het profiel van een overtreder beter te begrijpen, op voorwaarde dat die maatregelen evenredig en relevant blijven in verhouding tot het beoogde doel.
Artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) beschermt het recht op eerbiediging van het privéleven en de woning. Een politiebezoek aan een particulier, zelfs wanneer dat kort is en zogenaamd met “toestemming” gebeurt, kan een inbreuk vormen op dit grondrecht.
In de gevallen waarover sprake is, gaan politieagenten met toestemming van de overtreder naar diens woning. Juridisch gezien voorkomt dit dat het om een huiszoeking gaat, waarvoor een formele gerechtelijke machtiging nodig zou zijn. Toch is de grens tussen een “vrijwillig bezoek” en “impliciete druk door de autoriteiten” bijzonder dun: een automobilist die zich midden in een strafprocedure bevindt, verkeert niet noodzakelijk in een positie waarin hij écht vrij toestemming kan geven.
In de praktijk hebben deze onderzoeken geen formele bewijskracht, en hun interpretatie blijft vaak subjectief. Magistraten steunen vooral op objectieve elementen, zoals het gemeten alcoholpromillage, de bevindingen tijdens de controle en het gedrag van de bestuurder op het moment van de aanhouding.
Bovendien vinden sommige juristen en politiemensen dat dit soort opdrachten de politie afleidt van belangrijkere taken, terwijl ze een psychologische dimensie toevoegen die moeilijk te meten is binnen een strafzaak.
Alcohol blijft een probleem
Het is nog maar de vraag of deze praktijk ooit breed ingang zal vinden. Volgens het VIAS-instituut blijft rijden onder invloed een groot probleem op de Belgische wegen. Ongeveer 1,4% van de bestuurders – of één op de zeventig – rijdt nog steeds met een alcoholpromillage boven de wettelijke limiet. In Wallonië lijkt de situatie nog zorgwekkender, met 2% tegenover 0,8% in Vlaanderen. Dat regionale verschil zou de grotere waakzaamheid van sommige parketten kunnen verklaren.

