De elektrische auto heeft veel troeven, maar ook enkele nadelen die niets met het rijbereik of de laadsnelheid te maken hebben. Branden van lithium-ionbatterijen blijven een van de meest gevreesde problemen. Statistisch gezien komen ze minder vaak voor dan bij auto’s met verbrandingsmotor (al rijden er ook minder elektrische auto’s rond), maar voor brandweerkorpsen vormen ze wel een serieuze uitdaging. Wanneer één cel ontbrandt, volgt vaak een kettingreactie – thermische runaway – die bijna niet te stoppen is. De temperaturen kunnen boven 1.000 °C uitstijgen en het vuur kan urenlang woeden, zelfs als de auto in een watercontainer is ondergedompeld.
Om het probleem aan te pakken, verkennen onderzoekers en constructeurs verschillende pistes. Er is al sprake geweest van een ultradunne laag materiaal die de thermische runaway tegengaat, of van mini-brandblussers in het batterijpakket die getroffen cellen doven. Maar er is nóg een idee: de defecte batterij uit het voertuig schieten, zoals bedacht door het Chinese Technical and Research Center for Vehicle Collision Repair in samenwerking met Joyson Electronics.
Minder dan één seconde
Dit systeem gaat momenteel het internet rond met een virale video. Daarop zie je hoe de batterij van een SUV met veel kabaal naar buiten wordt gejaagd. Hoe werkt het? In feite treedt een gasgenerator (geïnspireerd op airbags) in werking om het batterijpakket, zodra een thermische runaway wordt gedetecteerd, binnen minder dan één seconde drie tot zes meter weg te katapulteren. Het doel is duidelijk: de bron van het gevaar razendsnel isoleren om het koetswerk en de inzittenden te beschermen. Het idee spreekt ook aan in gesloten ruimtes, zoals ondergrondse parkings. Daar is een brandende batterij snel verwijderen wellicht doeltreffender dan een volledige wagen naar buiten slepen, wat vaak niet eens mogelijk is.
Op papier klinkt het idee interessant, want zo hoeft men nog maar één brandend element te bestrijden in plaats van het hele voertuig. Maar als je het beter bekijkt, blijven er toch enkele vragen. Ten eerste is er het gewicht van het batterijpakket, dat gemakkelijk enkele honderden kilo’s kan wegen (vaak meer dan 400), en dat bij het uitstoten de omgeving kan beschadigen of zelfs mensen in de buurt kan verwonden. Op een drukke weg of voor een school zou zo’n projectiel kunnen uitmonden in een regelrechte catastrofe.
Ten tweede rijst ook de vraag naar accidentele activeringen. Een verkeerde detectie of een defecte sensor kan ertoe leiden dat een batterij zomaar wordt weggeschoten. En dan is er nog een derde punt: wat als de uitwerping onmogelijk wordt doordat de carrosserie na een ongeval vervormd is? Dan kan het batterijpakket net op het slechtst denkbare moment geblokkeerd raken.
Absurd idee of visionair?
Volgens veel waarnemers is deze uitvinding zelfs “gevaarlijker dan de brand zelf”. Maar als de uitwerping gecontroleerd kan gebeuren met een aangepaste kracht en een nauwkeurig bepaalde richting via sensoren of artificiële intelligentie, kan het een geloofwaardige oplossing zijn. Alleen lijkt het bijzonder complex. Is het technische nonsens of toch een echte stap richting een disruptieve innovatie? De toekomst zal het uitwijzen.

