Tegen 2027 komt de ‘Baby-Defender’ op de markt, schrijft het Britse tijdschrift Autocar. De komst van dat nieuwe compacte model (toch naar Land Rover-normen) lijkt ook bevestigd te worden door de verschijning van gecamoufleerde prototypes in het thuisland.
Onder die naam zal dat wellicht niet zijn; de modelnaam ‘Defender Sport’ lijkt al iets waarschijnlijker, naar analogie met de huidige Discovery Sport, wat momenteel het oudste model is in het gamma. Dat model is al 10 jaar op de markt, verkocht aanvankelijk goed maar is dezer dagen niet meer zo gewild.
Een andere optie is hem te benoemen met een cijfer, als verwijzing naar de 3 carrosserievarianten van de grote Defender, de 90, 110 en 130. Dan zou het bijvoorbeeld Defender 70 of 80 kunnen worden.
De kleine Defender wordt een elektrisch model, al lijkt de kans reëel dat er ook nog een versie met verbrandingsmotor komt, wat dan een PHEV zou zijn.
Succesvolle Defender
Jaguar-Land Rover (JLR) beleeft niet zijn beste jaar. Door een cyberaanval ligt de productie al wekenlang plat, terwijl die van Jaguar eigenlijk al een heel jaar stil ligt. In afwachting van een nieuwe generatie modellen ligt het merk sinds eind 2024 op sterk water.
Een opsteker is echter de enorme vraag naar de Defender, de moderne versie van het oermodel die ondanks de hoge prijs een schot in de roos blijkt te zijn. Meer dan 100.000 stuks gingen er vorig jaar over de toonbank.
Omdat die hoekige, utilitair ogende verschijning goed in de smaak blijkt te vallen, hergebruiken de Engelsen deze voor een nieuw compacter model. Net als de huidige Discovery Sport gaat die zo’n 4,6 meter lang zijn.
Eerst als Velar
Die Discovery Sport staat, net als de Evoque, nog op een verre doorontwikkeling van het EUCD-platform van eertijds moederhuis Ford, dat er ook verschillende generaties van de Mondeo op bouwde.
De kleine Defender komt op een nieuwe en volledig huisbereide architectuur, EMA gedoopt, die in eerste instantie ontworpen is voor elektrische aandrijflijnen. Met een boordspanning van 800 volt, die supersnel laden mogelijk moet maken.
Gezien de nog steeds overwegende vraag naar verbrandingsmotoren, zal JLR echter ook benzineversies voorzien, meerbepaald oplaadbare hybrides (PHEV).
Op dat platform zal de fabrikant ook nieuwe versies van de Range Rover Evoque en Velar bouwen, waarbij die laatste als eerste komt, in 2026. Of ook de Discovery Sport onder die naam nog een aparte opvolger krijgt, is niet bekend.
Britse batterijen
De auto zal van de band rollen in de fabriek van Halewood, bij Liverpool, die vandaag de Evoque en Discovery Sport bouwt. Jaguar-Land Rover investeert er momenteel een half miljard pond voor de ombouw naar een nieuwe generatie modellen op dat EMA-platform.
Moederhuis Tata bouwt inmiddels een eigen batterijfabriek in het Verenigd Koninkrijk, om zijn afhankelijkheid van Chinese en Zuid-Koreaanse toeleveranciers te verkleinen.
De kleine G-Klasse van Mercedes
De kleine Defender zal, indien alles doorgaat, op hetzelfde moment op de markt komen als de kleine G-Klasse van Mercedes. Ook de Duitse autobouwer wil immers de renommee en karakteristieke verschijning van zijn terreinwagen verzilveren door de vormtaal te gebruiken voor compacter model.
Die zal echter niet op een personenwagenbasis staan. Onlangs gaf chef ontwikkeling Markus Schäfer in een interview immers weg dat de Stuttgarters een verkort ladderchassis ontwikkelen voor het model. Dat maakt dat er weinig gedeelde technologie gaat zijn met modellen als de GLC.
Of die kleine G enkel met elektrische aandrijving zal komen, of eveneens over een verbrandingsmotor zal beschikken, is nog niet bekend.
Ook Ineos kondigde enkele jaren geleden een soortgelijke elektrische SUV aan, de Fusilier, een kleiner maar net zo bonkig broertje voor de Grenadier. Diens komst is tot nader order echter uitgesteld, minstens tot 2028.

