“NAVO van het Oosten” brokkelt af: oorlog in Kaukasus en Centraal-Azië brengt Poetins machtsblok naar rand van afgrond

Zoals het Westen met de NAVO een overkoepelend militair bondgenootschap heeft, kent Rusland de CSTO. Die organisatie, waartoe ook vijf voormalige Sovjet-staten behoren, staat echter stevig onder druk.

In 1949 werd de NAVO opgericht, de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie. Deze moest de landen in West-Europa, plus Canada en de Verenigde Staten, beschermen tegen een aanval vanuit het Communistische blok. Artikel 5 bepaalt namelijk dat een aanval tegen één lidstaat, een aanval tegen allen is.

Niet veel later, in 1955 verenigde het Oostblok in een soortgelijke organisatie, genaamd het Warschaupact, net om de dreiging van de NAVO te counteren. Nadat de Sovjet-Unie onder Michail Gorbatsjov een minder strenge anti-Westerse politiek voerde, begonnen steeds meer lidstaten zich tegen het bestaan van het pact te keren. In 1991 viel het Warschaupact uiteen, en enkele maanden later volgde de Sovjet-Unie zelf.

Een klein jaar later beslisten enkele landen, die ontstonden na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie, om een nieuw pact op te richten: Rusland, Armenië, Kazachstan, Kirgizië, Tadzjikistan en Oezbekistan richtten de GOS op, de Gemenebest van Onafhankelijke Staten, waar een jaar later ook Azerbeidzjan, Georgië en Wit-Rusland tot toetraden.

Enkele vervellingen later werd in 2002 de CSTO opgericht, de Organisatie voor het Verdrag inzake Collectieve Veiligheid. De lidstaten die toetraden waren:

  • Rusland
  • Armenië
  • Wit-Rusland
  • Kazachstan
  • Tadzjikistan
  • Kirgizië

Dat blok staat nu echter zwaar onder druk: Armenië en Azerbeidzjan clashten de afgelopen jaren al, en ook afgelopen week laaiden de gemoederen weer hoog op, met zelfs enkele tientallen gedode soldaten langs beide kanten tot gevolg. Hoewel Azerbeidzjan geen lid van de CSTO is, heeft het land wel nauwe banden met Rusland. Ook zijn er enkele duizenden Russische vredestroepen aanwezig in Nagorno-Karabach, de regio in Azerbeidzjan waar de bevolking vooral ethnisch Armeens is en de voornaamste gevechten tussen beide landen plaatsvinden.

Nu ging het conflict echter een stap verder: steden in Armenië zelf werden door Azerbeidzjaanse troepen beschoten. Normaal gezien wordt in dat geval een clausule geactiveerd, net zoals de NAVO artikel 5 heeft: een aanval tegen een lidstaat is een aanval tegen allen. In theorie moest Rusland dus Armenië te hulp schieten, maar verder dan Poetin die “zijn bezorgdheden uitdrukte” kwam het niet. Uiteindelijk ging Azerbeidzjan akkoord met een staakt-het-vuren, maar wel pas na grondige bemiddeling van de Verenigde Staten.

Maar niet enkel in de Kaukasus wordt gevochten. Ook Centraal-Azië kent een nieuwe opflakkering van geweld, tussen Kirgizië en Tadzjikistan, net op het moment dat de presidenten van beide landen (de Tajikistaanse Rahmon en de Kirgiziër Japarov) de handen schudden op de bijeenkomst van de Shanghai- samenwerkingsorganisatie (SCO) in het Oezbeekse Samarkand.

Het conflict startte kleinschalig, maar later deze week kwamen er tanks en raketwerpers aan te pas. Kirgizië deelde mee dat minstens 24 inwoners sneuvelden, 87 mensen raakten gewond. Daarnaast werden al 136.000 inwoners van het grensgebied geëvacueerd. Het is niet duidelijk wat de opflakkering van het geweld juist veroorzaakte, maar beide landen leven al langer op gespannen voet. De grens tussen beide landen is bijna 1.000 kilometer lang, maar zeer slecht aangeduid en daarom ook hevig betwist.

Waar bij de situatie tussen Armenië en Azerbeidzjan enkel die eerste lid is van de CSTO, zijn hier beide partijen lidstaten. Poetin, die gezien wordt als de belangrijkste leider van het blok en net als de presidenten Rahom en Japarov aanwezig was op de top van de SCO, greep echter niet in.

Daar zijn enkele oorzaken voor. Eerst is er de oorlog in Oekraïne: normaal gezien is Rusland militair sterk aanwezig in en rond de voormalige Sovjetstaten, maar het zijn net deze troepen die het aan het begin van dit jaar richting de grens met Oekraïne verscheepte. Daarnaast heeft Rusland, door de hoog oplopende verliezen in de oorlog, simpelweg te weinig mankracht om in te grijpen in de conflicten in Poetins achtertuin.

Daarnaast lijkt het dat Rusland zelf de conflicten wel lijkt te regisseren. Dat beweerde ook de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Antony Blinken. Door oorlog te veroorzaken tussen Armenië en Azerbeidzjan, wil Poetin bekomen dat hij permanent vredestroepen kan stationeren langs de grens. Zo kan Rusland controle houden op de invloed die het Westen wil verkrijgen in de regio.

Ook is wel duidelijk dat Poetin een afkeer heeft van democratisch geleide landen, zoals Armenië en Kirgizië er proberen te zijn. Azerbeidzjan en Tadzjikistan worden echter geleid door autoritaire presidenten, die stevig op hun stoeltje zitten: de heersers bij uitstek voor Russische satellietstaten. “Dictators zijn nu eenmaal simpeler te controleren”, schrijft Radio Free Europe-journalist Todar Baktemir op Twitter. Door de dictators te vriend te houden, en niet in te grijpen als de democratischere staten Armenië en Kirgizië af en toe in een conflict verzeild raken, wil Poetin op termijn bekomen dat hij de voormalige Sovjetstaten terug onder één natie kan verenigen: Rusland, met hemzelf als opperleider.

Meer