Londen keek nooit om naar de rest van het Verenigd Koninkrijk

De beslissing van Groot-Brittannië om zich van de Europese Unie af te scheuren, kan in grote mate een sociaal-geografische scheiding worden genoemd. Dat benadrukt de Franse econoom Pierre Veltz in een opiniestuk in de krant Les Echos.

De Britse beslissing weerspiegelt volgens Veltz in grote mate de tegenstelling tussen de grote metropool en de rest van het land. “In Londen heeft tussen 60 procent en 70 procent van de bevolking gestemd om in de Europese Unie te blijven,” merkt Pierre Veltz op. “In de rest van het land heeft daarentegen 60 procent voor een afscheuring gekozen. In Manchester, Liverpool, Leeds en Newcastle werd alleen in de stadscentra een voorkeur voor een verdere deelname aan de Europese Unie opgetekend.” De Engelse arbeiderssteden voelen zich volgens Veltz meer door Londen dan door de Europese Unie in de steek gelaten. “Grote delen van Groot-Brittannië voelen zich genegeerd en vernederd door de politiek in Londen,” zegt de econoom.

Globalisering

“De kloof tussen metropool en platteland kan minstens gedeeltelijk worden toegeschreven aan de globalisering,” merkt Veltz op. “In het verleden had het hinterland een belangrijke functie als toeleverancier van de metropolen, maar die rol is door de globalisering grotendeels uitgehold.” “Het hinterland is vooral een last geworden. Maar men is vergeten dat ook het hinterland een politieke stem heeft.” Pierre Veltz wijst er wel op dat de situatie op het Europese continent anders is geëvolueerd. “Onder meer de impact van dynamische regionale steden maakt die conflict-positie in landen zoals Duitsland of Frankrijk veel minder uitgesproken,” voert hij aan.