Lidstaten Europese Unie profiteren fiscaal van economische heropleving; ruim 500 miljard euro extra inkomsten

Het voorbije jaar hebben de lidstaten van de Europese Unie in totaal bijna 6,06 biljoen euro belastingen en sociale bijdragen geïnd. Dat betekende een toename met 520 miljard euro tegenover het jaar voordien. Dat blijkt uit een rapport van Eurostat, het Europese bureau voor de statistiek.

De stijging van de inkomsten kan worden gelinkt aan de economische heropleving die de Europese Unie na de coronapandemie heeft kunnen laten optekenen. Ook kon een impact worden ervaren van het stopzetten van een aantal fiscale kortingen die burgers en bedrijven het jaar voordien moesten helpen de impact van de coronacrisis op te vangen.

Het jaar voordien hadden de lidstaten van de Europese Unie nog een inkrimping van de fiscale inkomsten moeten melden. Drie jaar geleden, net voor de uitbraak van de pandemie, werden immers bijna 5,75 biljoen euro inkomsten gemeld. Dat viel het jaar later terug tot bijna 5,54 biljoen euro.

Frankrijk

Uit het rapport blijkt dat fiscale inkomsten en sociale bijdragen vorig jaar gemiddeld 41,7 procent van het bruto binnenlandse product van de lidstaten van de Europese Unie vertegenwoordigden. Dat betekent een stijging met 0,6 procentpunt tegenover het jaar voordien.

In de eurozone werd vorig jaar een score van 42,2 procent genoteerd. Verder werd opgemerkt dat de inkomsten uit rechtstreekse en indirecte belastingen een toename kenden, maar bij de sociale bijdragen moest een daling worden gemeld.

Er wordt echter opgemerkt dat tussen de verschillende lidstaten sterke variaties in het inkomstenniveau kunnen worden gemeld. In Denemarken vertegenwoordigen de inkomsten uit fiscale heffingen en sociale bijdragen 48,8 procent van het bruto binnenlandse product.

In geen enkele andere lidstaat van de Europese Unie kon een hoger niveau worden opgetekend. Frankrijk eindigde met een cijfer van 47 procent op een tweede plaats, gevolgd door België (46 procent), Oostenrijk (43,7 procent), Italië (43,6 procent), Zweden (43,5 procent) en Finland (43,1 procent). 

Ierland

Aan het andere einde van het spectrum situeerde zich Ierland, waar een niveau van 21,9 procent werd gemeld. Roemenië staat op een voorlaatste plaats met 27,3 procent. Lage niveaus werden ook nog geregistreerd in Bulgarije (30,7 procent), Litouwen (30,8 procent), Malta (31,2 procent) en Litouwen (32,6 procent).

In Zwitserland vertegenwoordigden de fiscale heffingen en sociale bijdragen 28 procent van het bruto binnenlandse product.

Eurostat merkt nog op dat in twintig lidstaten van de Europese Unie vorig jaar een stijging moest worden gemeld. De grootste toename werd opgetekend in Cyprus. Daar moest op een jaar tijd een groei van 34 procent naar 36 procent worden gemeld.

In vijf lidstaten moest daarentegen een daling worden geregistreerd. De sterkste terugval werd opgetekend in Hongarije, waar een inkrimping van 36,1 procent naar 34 procent werd genoteerd. Kroatië meldde een daling van 36,9 procent naar 35,8 procent.

Meer