Het onwaarschijnlijke verhaal van een Russische familie die 42 jaar lang in totale isolatie doorbracht

De Siberische taiga is een van de meest onherbergzame gebieden ter wereld: in totaal dertien miljoen vierkante kilometer, waar slechts een paar duizend mensen wonen. Dat Karp Lykov en zijn familie er afgesneden raakten van alle menselijk contact mag dus geen verwondering wekken. Dat de familie pas na 42 jaar totale isolatie in 1978 opnieuw door Sovjetgeologen werd gevonden, wel.

Mike Dash, auteur van onder andere ‘Tulipomania’ en ‘Batavia’s Graveyard’, doet hun verhaal  op Smithsonian.com.

De enige reden waarom de geologen er naar toe trokken, was de lokroep van onontdekte natuurlijke grondstoffen. Tijdens een verkenningstocht per helikopter zagen ze in een bos op ongeveer 160 kilometer van de grens met Mongolië tekenen van menselijke bewoning. De bemanning kon haar ogen amper geloven: de dichtsbijzijnde menselijke nederzetting lag op ruim 250 kilometer.

Gewapend met een pistool, maar ook met geschenken voor de onbekenden, trokken de wetenschappers op verkenning naar de kleine ontboste nederzetting die ze vanuit de hoogte hadden geobserveerd. Ze kwamen uit bij een hut die duidelijk tekenen van menselijke bewoning vertoonde, maar wat ze daar vonden overtrof al hun verwachtingen.

Een blootvoetse oude man met een lange ongekamde baard en zelfgemaakte kleren stond hen op te wachten. Na een oncomfortabele stilte kondigden de geologen zich aan: “Gegroet, opa! We komen je bezoeken!” De oude man schrok duidelijk, maar antwoordde zacht en onzeker: “Wel, aangezien jullie van zover gekomen zijn, kunnen jullie even goed binnenkomen.”

Plots klonk er gehuil in de kleine, muffe en onbeschrijflijk smerige hut. Een doodsbange vrouw prevelde hysterische gebeden, een ander zeeg neer op de grond. ‘Dit is voor onze zonden, dit is voor onze zonden,’ hoorden de wetenschappers, die in paniek de hut verlieten om iets verder halt te houden en zich over verder actie te beramen .

Een uurtje later waren de dochters van de oude man gekalmeerd en voegde het trio zich nieuwsgierig bij de vreemde bezoekers. Ze weigerden het eten dat ze aangeboden kregen – de oude man beweerde dat zijn dochters nog nooit brood hadden gezien. Enkel hij was goed verstaanbaar. De meisjes spraken een taal die het gevolg was van een geïsoleerd leven en klonk als een langzaam, wazig gekir.

Na verloop van tijd werd hun familieverhaal duidelijk. De oude man heette Karp Lykov en hij was een Oudgelovige. Hij sprak nog over de vervolging van zijn geloof onder tsaar Peter de Grote alsof het de dag tevoren was gebeurd en verklaarde dat hij uit vrees voor de (meedogenloze en atheïstische) Bolsjewieken naar Siberië was gevlucht. Nadat een communistische patrouille zijn broer had doodgeschoten, had hij zijn gezin een veilig onderkomen willen geven in het bos.

Het was 1936 en Karp en zijn vrouw Akulina hadden twee kinderen, Savin en Natalia. Nog twee andere kinderen, Dmitry en Agafia, werden in de wildernis geboren en zagen hun ganse hele leven niemand behalve hun familieleden. Van de Tweede Wereldoorlog had het gezin nog nooit gehoord.

De familie bezat niets. Ze verdreven de tijd met een Bijbel en gebedenboeken, die het koppel tijdens hun vlucht had kunnen meenemen. Veel tijd voor ontspanning was er trouwens niet, want het leven in de Russische taiga was bitterhard.

Nadat de kleren en schoenen die de familie had meegenomen onbruikbaar waren geworden, konden ze niet anders dan ze vervangen door schors en hennep. Zonder ijzer om hun kookgerei te vervangen, overleefden ze ternauwernood op aardappelen, zaden, bessen en op goede dagen een dier dat ze – bij gebrek aan wapens – wisten te vangen met een val of dankzij de renjacht. De dreiging van de hongersdood was nooit veraf en werd in 1961 Karps echtgenote Akulina zelfs fataal.

De familie was redelijk georganiseerd: zo had elk familielid naast een unieke persoonlijkheid ook een takenpakket. De oude Karp was hoofd van de familie, al was hij in 1978 al dik in de tachtig. Zijn oudste zoon Savin was een religieus fanaticus en Natalia was de kokkin, naaister en verpleegster. De intelligente Agafia had een opmerkelijk gevoel voor humor en was verantwoordelijk voor de tijdsregistratie (geen vanzelfsprekendheid zonder kalender). Dmitry was de jager van dienst en veruit de meest nieuwsgierige en innovatieve.

De geologen hadden verschillende bezoeken nodig om de Lykovs van hun goede wil te overtuigen. Eerst wilden ze enkel zout aanvaarden als geschenk (leven zonder zout was ‘een marteling’ volgens Karp), maar na verloop van tijd namen ze ook eetgerei, graan, papier en een elektrische toorts aan. De meest verleidelijke moderne uitvinding was echter de televisie, die hen tijdens hun zeldzame bezoeken aan het kamp van de geologen tegelijkertijd fascineerde en beangstigde.

Tragisch genoeg stierven drie van de vier Lykov-kinderen kort na elkaar in de herfst van 1981: Savin en Natalia ten gevolgen van nierfalen en Dmitry die door een longontsteking werd geveld. Een poging om hem alsnog naar een hospitaal te brengen, weigerde hij: “Dat kan ik niet aanvaarden. Een mens leeft zolang God het hem toelaat.”

Ondanks de familietragedie en de uiterst barre levensomstandigheden weigerden Karp en Agafia het bos te verlaten. Karp stierf in zijn slaap in 1988. Agafia leeft tot op de dag van vandaag moederziel alleen in een houten hut (foto) in de Siberische wildernis als het laatst overblijvende kind van de taiga.

Meer