Na Apple draait nu ook Google de duimschroeven aan. Wie nog apps wil uitbrengen op het besturingssysteem Android, moet alle in-appaankopen via Googles betalingsplatform laten verlopen en een commissie van 30 procent slikken.

Tot nu toe vroeg Google wel aan alle ontwikkelaars om betalingen via zijn platform te doen, maar het werd nooit streng gecontroleerd. Dat leidde ertoe dat heel wat bedrijven, onder wie Netflix en Spotify, gebruikers van hun Android-apps opriepen om een kredietkaart te gebruiken en zo niet te passeren via Google. Google roomt namelijk 30 procent af op elke betaling die via zijn systeem gebeurt.

Sinds begin vorige maand ligt Google dan ook in conflict met Epic Games, de maker van het populaire game ‘Fornite’. Die had zijn eigen systeem opgezet voor in-appaankopen dat Google volledig omzeilde. De techgigant reageerde daarop door ‘Fortnite’ uit zijn appwinkel Play Store te gooien, nadat Apple eerder hetzelfde had gedaan om dezelfde reden. Het verschil is dat het op Android nog mogelijk is om het spel via andere appwinkels te kopen, al schijnt dat minder veilig te zijn.

Alliantie tegen Apple

Google roept nu dus regels in het leven die ontwikkelaars dwingen zich te schikken naar zijn betalingsplatform. De maatregel gaat in vanaf 1 oktober volgend jaar. Iedereen heeft dus nog een jaar om zijn apps aan te passen.

Daarmee brengt Google zijn beleid in lijn met dat van Apple, dat de afgelopen weken het ene boze bedrijf na het andere over zich heen kreeg. Het begon ook allemaal met Epic, maar later ging ook Facebook zich moeien en vorige week sloten een hoop bedrijven waaronder Epic, Spotify en Tinder een alliantie om het op te nemen tegen de ‘oneerlijke, onredelijke en discriminerende commissies’ van Apple.

Apple kondigde afgelopen weekend aan dat het zijn commissie van 30 procent tot het einde van dit jaar laat vallen voor de verkoop van tickets voor virtuele evenementen. Het is een kleine toegeving naar Facebook, maar die was er niet echt over te spreken. Het beschuldigt Apple er nog steeds van dat het ‘schadelijk’ is voor kleine bedrijven.