Gezinnen ervaren rond technologie conflicterende gevoelens

Technologie creëert in het gezin een brede waaier gevoelens en emoties. Daarbij kunnen echter ook conflicten dreigen. Dat zegt een rapport van het bureau Accenture, gebaseerd op een enquête bij meer dan zesduizend technologie-gebruikers in dertien verschillende landen. Onder meer bleek dat 71 procent van de ondervraagden van mening is dat technologie het leven in het gezin eenvoudiger maakt. Tegelijkertijd zegt echter 43 procent dat deze mogelijkheden tot luiheid aanzetten.

Ook vindt 57 procent de aanwezigheid van technologie in de woning plezierig, maar tegelijkertijd maakt 40 procent gewag van een verslavende impact.

Mogelijkheden

“Technologie maakt steeds minder noodzakelijk gemaakt om de woning te verlaten,” zeggen de onderzoekers. “Velen hebben thuis een kantoor waar ze hun dagtaak kunnen uitvoeren. Diezelfde locatie biedt vanuit de woonkamer echter ook toegang tot entertainment van hoge kwaliteit. Het gezin kan daarnaast tevens kiezen voor online boodschappen, die aan de deur worden afgeleverd.”

“Digitale communicatie laat bovendien interactie met vrienden, familie en vreemden toe. Meer dan de helft van de respondenten zei dan ook nu meer tijd thuis door te brengen dan vijf jaar geleden. De studie stelde echter ook vast dat deze technologie in de woningomgeving vaak tegenstrijdige gevoelens oproept.”

Het onderzoek toonde daarbij nog dat 57 procent van de respondenten van mening is dat de technologie hen een grotere connectiviteit bezorgt. Daarentegen maakt 46 procent gewag van sterkere gevoelens van isolatie.

Accenture stelde daarbij vast dat vooral de leeftijdsgroep tussen achttien en vierendertig jaar onder invloed van technologie thuis hogere niveaus van isolement voelt dan de gemiddelde bevolking. Bij deze jonge volwassenen spreekt immers 71 procent over gevoelens van isolatie. Slechts 64 procent heeft het daarentegen over een grotere connectiviteit.

Tevens zegt 50 procent dat de technologie thuis opdringerig aanvoelt. Die mening wordt slechts door 46 procent van de gemiddelde bevolking gedeeld.

Controle

“Hoewel dit verschil niet ingrijpend is, moet men stellen dat deze jonge volwassenen, die nochtans met technologie zijn opgegroeid, voor de privacy-problematiek zeker niet ongevoelig zijn,” zeggen de onderzoekers.

In de leeftijdsgroep van vijfendertig tot vierenveertig is er daarentegen nagenoeg een evenwicht tussen gevoelens van controle of afhankelijkheid. Terwijl 39 procent van de respondenten zegt dat technologie meer controle mogelijk maakt, verwijst 40 procent naar gevoelens van afhankelijkheid.

“Bij technologie lijkt de strijd tussen controle en afhankelijkheid bijna universeel voor alle leeftijdsgroepen,” zeggen de onderzoekers.

Bij vijfenzestigplussers is slechts 62 procent van mening dat technologie thuis het leven gemakkelijker maakt. Anderzijds vindt slechts 31 procent van de oudere leeftijdsgroep dat de technologie tot luiheid zou aanzetten. Tegelijkertijd zegt 51 procent het bezit van technologie thuis leuk te vinden.

Opmerkelijk genoeg beschouwt slechts 25 procent van deze oudere demografie dat de technologie verslavend werkt. Daarbij merken de onderzoekers wel op dat de oudere bevolkingsgroep in het algemeen thuis minder van technologie gebruik maakt.

Het onderzoek had plaats Verenigde Staten, Brazilië, Groot-Brittannië, Zweden, Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Italië, Spanje, China, India, Japan en Australië.

Meer