Op de wisselmarkten wint de euro terrein ten opzichte van de dollar, waardoor de koers ruim boven 1,07 dollar uitkomt. Daarmee is de zogeheten pariteit – 1 euro is 1 dollar – weer verder weg.

Wie binnenkort op reis gaat naar de Verenigde Staten of een grote aankoop in dollars plant, heeft het ongetwijfeld al gezien: de euro zit al enkele dagen weer in de lift tegenover de dollar, na een maandenlange gestage daling.

De euro zakte op een jaar tijd van ongeveer 1,22 dollar naar 1,04 dollar, waardoor de pariteit in zicht kwam. Maar de Europese Centrale Bank slaagde er de voorbije dagen in de euro naar omhoog te praten, door zich stoerder uit te drukken over toekomstige renteverhogingen.

De ECB-beleidsmakers doen dat bewust om de kosteninflatie in te tomen, denken analisten. Bij een verzwakkende euro worden ingevoerde producten die in dollars verhandeld worden, zoals tal van energieproducten, almaar duurder voor Europese bedrijven.

Einde van de verdappering?

Volgens de economen bij ING is de waardevermeerdering van de euro evenwel maar van korte duur en is het “verdere opwaartse potentieel voor de euro beperkt”.

De opgang van de euro is immers voor een groot deel het spiegelbeeld van de waardevermindering van de dollar in de voorbije twee weken. Niet alleen tegenover de euro, maar ook tegenover andere munten. De kans is echter klein dat de dollar nog verder gaat wegzakken, schrijven ze.

“De ruimte voor de euro om verder te profiteren van de monetair-politieke factor lijkt beperkt. Wij verwachten een terugkeer onder 1,0700 in de komende dagen.”

(am)