De meeste onder ons linken geld verdienen aan onze uitgaven, de superrijken niet

De superrijken lijken een onophoudelijke honger naar meer geld te hebben. Steeds weer zoeken ze naar nieuwe manieren om hun vermogen op te drijven. Ze verschillen dan ook in sterke mate met de gemiddelde bevolking. Dat zegt Joe Pinsker, redacteur bij het magazine The Atlantic. Opmerkelijk is volgens hem echter dat die toenemende rijkdom niet tot een groter geluk lijkt te leiden.

Pinsker verwijst onder meer naar Michael Norton, een professor economie aan de Harvard Business School die het verband tussen geluk en rijkdom heeft onderzocht. “Onderzoek wijst regelmatig op twee centrale vragen die mensen zichzelf over hun levenstevredenheid stellen,” aldus Norton. “Men wil het beter hebben dan in het verleden en bovendien wil men ook sterker presteren dan andere mensen.”

“Dat geldt voor welvaart, maar ook voor een brede waaier andere elementen van het leven. Er moet echter vastgesteld worden dat deze factoren vaak moeilijk kunnen worden gemeten. Rijkdom kan daarentegen wel relatief gemakkelijk worden gekwantificeerd.”

Vergelijken

“Men kan gemakkelijk berekenen of men meer verdient dan in het verleden,” verduidelijkt Norton. “Maar dit instinct om te meten en te vergelijken verdwijnt niet wanneer men een obscene hoeveelheid geld heeft kunnen verzamelen. Dat verklaart de onophoudelijk oplopende doelstellingen die bij rijkdom en tevredenheid worden geformuleerd.”

“Ons onderzoek, gebaseerd op interviews met meer dan tweeduizend personen met een nettowaarde van minstens 1 miljoen, toonde aan dat op elk niveau van rijkdom nagenoeg alle respondenten te kennen gaven nog twee of drie keer hunhuidige bezittingen of vermogen nodig te zullen hebben om volkomen gelukkig te kunnen zijn.”

Volgens Jeffrey Winters, auteur van het boek Oligarchy en professor politieke wetenschappen aan de Northwestern University, is er echter niet alleen sprake van een sociale vergelijking, maar worden superrijken vaak gedreven door de opwinding die gepaard gaat met de vermenigvuldiging van het persoonlijke fortuin.

“De gemiddelde bevolking bekijkt zijn inkomen vaak vanuit het volume geld dat nodig is om zijn uitgaven te dekken,” zegt hij. “De rijken gebruiken hun geld echter om nog meer financieel gewin te maken. Dat blijkt een opwindend proces dat bovendien ook statusversterkend werkt.”

Ontluisterend

Ook schrijver Gary Shteyngart verwijst naar het competitieve aspect. “Rijken proberen niet alleen elkaar zakelijk te domineren, maar zullen nadien ook nog met poker pogen elkaar de loef af te steken,” zegt Shteyngart. “Dat kan zelfs worden vastgesteld bij hun caritatieve activiteiten. Achter deze concurrentie zit vooral een streven om slimmer en capabeler te lijken dan de anderen.”

Gesprekken met verschillende rijken werkten op dat vlak volgens de schrijver echter ontluisterend. Zelfs individuen die veel meer geld hebben dan ze ooit zouden kunnen uitgeven, bleken volgens Shteyngart immers nog steeds niet tevreden te zijn.

Meer