China heeft de voorbije twaalf maanden een opmerkelijke opstoot in buitenlandse directe investeringen laten optekenen. Dat blijkt uit een rapport van de Rhodium Group en het Mercator Institute for China Studies (Merics).
Opgemerkt wordt dat de buitenlandse directe investeringen bijna 190 miljard euro bedroegen. Dat betekende een stijging met 40 procent tegenover het jaar voordien. Vooral de Europese Unie blijkt een favoriete bestemming voor Chinese investeerders. Er wordt echter tevens gewezen op een toenemende ongelijkheid. China heeft het voorbije jaar vier keer meer overnames in de Europese Unie gerealiseerd dan in omgekeerde richting kon worden gemeld. China liet vorig jaar voor 35,1 miljard euro directe investeringen in de Europese Unie laten optekenen. Dat betekende een stijging met 77 procent tegenover het jaar voordien. In omgekeerde richting was er slechts sprake van een investering aan 7,7 miljard euro. Daarmee kennen de Europese investeringen in China voor het tweede jaar op een daling.
Robots
“China voert zijn buitenlandse investeringen gevoelig op, maar probeert de eigen markt zoveel mogelijk voor buitenstaanders af te sluiten,” stippen de onderzoekers aan. “Al moet ook worden ingecalculeerd dat een aantal Europese bedrijven door de vertraging van de Chinese economische groei een grotere terughoudendheid tonen om in het land te investeren.” Er wordt onder meer in Europa met grote argwaan naar de Chinese initiatieven gekeken. Dat geldt vooral voor Duitsland, waar robotproducent Kuka door de Chinese groep Midea werd opgekocht. “Er is slechts één manier om ervoor te zorgen dat de Europese zakenwereld en de overheden de toenemende Chinese investeringen in hun regio verwelkomen,” wordt in het rapport opgemerkt. “Daarvoor moet China in eigen land voor de nodige hervormingen zorgen, zodat buitenlandse bedrijven op een gelijkwaardige basis worden behandeld.” De grootste Chinese operatie in Europa vorig jaar was de overname van het Finse bedrijf Supercell voor een bedrag van 6,7 miljard euro. (mah)