China gaat strenger toezien op bedrijven die een buitenlandse beursnotering ambiëren, maar zal geen verbod opleggen

China is van plan om strengere regels op te leggen aan bedrijven die op buitenlandse beurzen willen noteren. De Chinese regering wil die bedrijven wel niet verbieden om kapitaal op te halen op een buitenlandse beurs.

Het was de afgelopen maanden onzekerheid troef voor Chinese (tech)bedrijven die op een buitenlandse beurs noteren. De Chinese taxi-app Didi liet onlangs bijvoorbeeld weten dat het een procedure in gang heeft gezet om de Amerikaanse beurs te verlaten. Volgens analisten heeft het bedrijf die beslissing genomen onder druk van de Chinese overheid. Die vreest onder meer dat de Amerikaanse beurswaakhond SEC door een nieuwe wet meer inzage zal krijgen in de Chinese bedrijfsgegevens. Buitenlandse bedrijven die niet willen meewerken met de SEC riskeren hun notering op de Amerikaanse beurs te verliezen.

Verplichte registratie

De China Securities Regulatory Commission heeft afgelopen vrijdag enkele regels uit de doeken gedaan voor bedrijven die een buitenlandse beursnotering ambiëren. De toezichthouder stelt voor dat elk bedrijf dat op een buitenlandse beurs wil noteren, zich eerst bij het agentschap moet laten registreren en vervolgens moet voldoen aan een reeks eisen die door regeringsambtenaren zijn vastgesteld. Dat meldt CNN.

“Binnenlandse ondernemingen die in het buitenland op de beurs noteren, moeten zich strikt houden aan de wetten, regelingen en relevante bepalingen inzake nationale veiligheid, waaronder cyberveiligheid. Ze moeten dus de verplichtingen inzake de bescherming van de nationale veiligheid ernstig nakomen”, klonk het.

De toezichthouder benadrukte ook dat het buitenlandse beursintroducties een halt kan toeroepen indien de autoriteiten van oordeel zijn dat zij een bedreiging vormen voor de nationale veiligheid. “We kunnen ook van ondernemingen eisen dat ze bepaalde activa afstoten om zo bepaalde risico’s voor de nationale veiligheid weg te werken”, aldus de regulator.

Het gaat hier weliswaar om ontwerpregels, waarover het publiek tot eind januari feedback kan geven.

VIE-constructies

Eerder deze maand liet Financial Times al weten dat het meer dan waarschijnlijk was dat China strengere regels ging opleggen aan bedrijven die via een VIE-constructie (variable interest entity) geld willen ophalen in het buitenland. Dankzij zo’n constructie kunnen Chinese bedrijven een buitenlandse holding oprichten zodat buitenlandse beleggers veel gemakkelijk geld kunnen investeren in hun bedrijf. In China zelf gelden er immers heel wat beperkingen voor buitenlandse investeerders. Verschillende Chinese techbedrijven, waaronder Didi en Alibaba, hebben al dankbaar gebruikgemaakt van een VIE-constructie.

In de regels waarmee de Chinese regulator vrijdag uitpakte, wordt er weliswaar niet gesproken over die VIE-constructies. Maar een woordvoerder zei vrijdag in een persmededeling dat bedrijven die dit soort constructies gebruiken, nog steeds een beursnotering in het buitenland zouden mogen hebben, zolang zij maar aan de overheidsregels voldoen en zich bij de toezichthouder laten registreren. Maar een totaalverbod lijkt dus niet aan de orde te zijn.

(kg)

Meer