Bijna 1 miljoen Vlamingen kunnen zich geen week vakantie veroorloven

15 procent van de Vlamingen had vorig jaar niet voldoende financiële middelen voorhanden om één week op vakantie te gaan, leren cijfers van Statistiek Vlaanderen. Dat komt overeen met bijna 1 miljoen Vlamingen.

Vakantiearmoede treft de ene bevolkingsgroep harder dan de andere. Maar liefst 46 procent van de Vlaamse werklozen gaf in 2019 aan niet op vakantie te kunnen gaan wegens financiële redenen. Ook eenoudergezinnen en personen geboren buiten de Europese Unie hebben vorig jaar hun vakantieplannen moeten opbergen omdat dit niet binnen hun budget paste.

Het opleidingsniveau heeft eveneens een enorme impact. Zo hebben voornamelijk laaggeschoolden niet voldoende financiële middelen om één week op vakantie te gaan. Dat was vorig jaar het geval voor iets meer dan 25 procent van laaggeschoolden. Bij de hooggeschoolden was dat zo voor 5 procent van die groep.

Regionale verschillen

Wanneer we naar de regionale verschillen kijken, zien we dat vakantiearmoede het grootst is het Waalse gewest. Het aandeel personen in vakantiearmoede lag in 2019 ongeveer dubbel zo hoog in het Waalse Gewest (33 procent) en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest (28 procent) dan in het Vlaamse Gewest (15 procent). Op Belgisch niveau klokte het aandeel mensen in vakantiearmoede af op 22,5 procent.

Op internationaal niveau doet ons land het iets beter dan het EU-gemiddelde. In Kroatië, Griekenland en Roemenië ligt het aandeel mensen dat in vakantiearmoede leeft het hoogst. Daar zei (bijna) de helft van de bevolking dat ze vorig jaar geen vakantieplannen hadden omwille van financiële redenen.

Meer