Belastingparadijzen? Dit zijn ze 17 laatste volgens de EU

De Raad Economische en Financiële Zaken van de Europese Unieheeft een lijst met 17 landen gemaakt die nog kunnen gelden als belastingparadijzen.Die staten slagen er niet in om tegemoet te komen aan de EU-standaarden op hetvlak van belastingen en een behoorlijke overheid. Daarvoor worden met criteria rekeninggehouden zoals transparantie, het uitwisselen van informatie en eerlijke verdeling van belastingen.

De Europese Unie definieert een belastingparadijs als een natiezonder belastingbeleid of met een erg laag belastingtarief voor buitenlandsebedrijven. In het laatste geval doen die landen dat om bedrijven en corporatiesaan te trekken om zaken te doen of vestigingen te openen in hun land en zo hetbetalen van belastingen te vermijden of enkel heel lage tarieven te moeten betalen. DeEuropese Unie stelt dat de belastingparadijzen slecht zijn voor de wereldwijdeeconomie omdat ze de naties met een erg strikt beleid op het vlak vanbelastingen tenietdoen. Nochtans is het dankzij de wereldwijde, economischeintegratie voor zowat alle bedrijven mogelijk om het betalen van belastingen tevermijden door hun mobiele, belastbare middelen te verhuizen naar één van dezeventien landen. Er wordt ook gesteld dat de regeringen vaak corrupt zijn endat het bankgeheim en de straffeloosheid het nu overgenomen hebben van wettenrond belastingen en eerlijke taksen.

(In welke landen je de hoogste belastingen betaalt, lees je hier.)

Oneerlijk voor andere landen

De Europese Unie beschuldigt de zeventien landen ervan datze misbruik maken van de toegenomen kapitaalmobiliteit en dat ze het kapitaalaantrekken door hun gunstige voorwaarden op het vlak van belastingen. Als heterop neerkomt, promoten deze belastingparadijzen belastingcompetitie op eenmanier die negatief en ongezond is voor de wereldwijde economie. Sommige landenhebben dan weer belastingcompetitie gepromoot door de regels niet duidelijk uitte lijnen en door bedrijven fictieve adressen als domiciliëring te latenaanduiden.

De EU zit nu met de uitdaging om de negatieve impact van diebelastingparadijzen zo veel mogelijk te beperken. Hun strategie is om de ‘kapitaalzuigers’publiekelijk te benoemen en hun daden aan de kaak te stellen. 

Elk jaar update

De Europese Unie heeft al aangekondigd dat de lijst elk jaareen update zal krijgen. Maar hoe zal de EU die zeventien landen nu aanpakken? PierreMoscovici (SPE), de EU-commissaris voor belastingen, douane-unie, financiëlecontrole en anti-fraude, zegt dat de lijst “een belangrijke mijlpaal is na eenstrijd van twee jaar”.

Hij waarschuwt verder de EU-landen dat hun geloofwaardigheidin het gedrang zou komen als ze zouden stoppen met de controles vanbelastingen. De landen, die genoemd worden, worden verwacht om zich te bezinnenover de implicaties en gevolgen van deze EU-lijst en om hun beleid in vraag testellen. Dat zegt ook de woordvoerder van de Britse schatkamer, die zijncommentaar gaf op de lijst.

De zeventien landen leiden nu nog geen zware verliezen doorop de lijst te staan en er zijn weinig zware gevolgen. Maar de EU zou er zelfsaan denken om deze landen meer verregaande sancties op te leggen. De commissie voorbelastingen, douane-unie, financiële controle en anti-fraude stelt voor om EU-gelden financiële regels van de EU een referentie moeten zijn voor de landen op delijst. Tot nu toe is het echter nog afwachten wat er concreet zal gebeuren.Verder stelt de EU nog dat er met de medewerking van alle landen voor gezorgdkan worden dat de oorlog tegen belastingparadijzen en de massale ontduikinggewonnen kan worden.

Deze zeventien landen ziet de EU tegenwoordig nog alsbelastingparadijzen.

1. Zuid-Korea


© iStock

Mensen, die in Zuid-Korea wonen, worden belast op hun wereldwijdeinkomen, maar mensen die niet in het land wonen of gevestigd zijn, moetenalleen belastingen betalen op hun inkomen dat binnen de landsgrenzengegenereerd wordt.

Buitenlandse bedrijven, die permanent gevestigd zijn in Zuid-Korea,betalen de standaard vennootschapsbelasting van het land op hun inkomen dat gegenereerdwordt in Zuid-Korea. Buitenlandse bedrijven, die niet permanent gevestigd zijnin het land, betalen op hun inkomen en activiteiten, die ze in Zuid-Koreagenereren en verrichten, belastingen aan een tarief van 2 tot 20 procent. Hetgaat meer bepaald om deze activiteiten: persoonlijke diensten, intresten op obligatiesen financiële instrumenten en het inkomen van leasing van voertuigen en zwarematerialen.

Voor bedrijven, die in Zuid-Korea gevestigd zijn, worden dewinsten en inkomens op het vlak van belastingen dus behandeld alsof het om Zuid-Koreaansebedrijven gaat. Bedrijven zonder vestiging in Zuid-Korea daarentegen betalen ophun winsten ofwel 11 procent van de verkoop ofwel 22 procent van de winst. Diebuitenlandse bedrijven moeten steeds het laagste tarief van de twee betalen.

Verder worden er over het algemeen geen speciale, extrataksen geheven op de winsten van fusies. 

2. Palau


© istock
Vroeger slaagde Palau, een eiland in Oceanië waar deAmerikaanse dollar de valuta is, er niet in om voldoende directe buitenlandseinvesteringen (Foreign Direct Investment, FDI) binnen te halen. In 2016 kwam er31 miljoen dollar aan directe buitenlandse investeringen het land in. Dat is 11procent minder dan het jaar ervoor.

Sinds 2011 voert de regering van Palau allerlei maatregelendoor om de FDI weer op te krikken en het land aantrekkelijker te maken voorbuitenlandse investeerders. Ondanks het feit dat Palau hierdoor eenbelastingparadijs geworden is, mogen buitenlanders er niet alles. Zo zijn erenkele sectoren exclusief voorbehouden voor zakenmannen en –vrouwen uit Palau,waaronder op grote schaal goederen verkopen, transport op land en op zee, reisagentschappen en de commerciële visvangst. Sommige andere sectorenworden gedeeltelijk aan banden gelegd. Dan is er bijvoorbeeld een partner uitPalau nodig. Wel is er nooit een vast percentage van gedeeld bezit verplicht.Bovendien moet buitenlanders elk jaar een vrij hoog bedrag betalen voor eenwerkvisum.

3. Trinidad en Tobago


© istock

Op het vlak van FDI zit de Caraïbische eilandengroep Trinidaden Tobago al jarenlang bij de hoogste in de regio. In 2016 werd er naarschatting zo’n 9,7 miljard dollar of 8,38 miljard euro in Trinidad en Tobagogeïnvesteerd door buitenlandse bedrijven. Dat is veel voor zo’n kleine eilandengroep.

Hoe troeven? De bevolking van Trinidad en Tobago spreektEngels, het land kent een stabiel politiek systeem en er is toegang totgoedkope energie. Verder is het land erg aantrekkelijk voor investeerders omdatde arbeidsmarkt er relatief flexibel is, wat de zoektocht naar geschiktewerknemers dan weer ten goede komt. Bovendien wordt er sterk de nadruk gelegdop de bescherming van eigendomsrechten. Het gerechtssysteem is er onafhankelijk,maar buigt soms onder de druk van de lokale politiek.

Wat sommige investeerders afschrikt, is het lokale klimaat.Zo kent Trinidad en Tobago een tropisch moessonklimaat met een droog seizoenvan januari tot mei en een regenseizoen dat in juni begint en pas in decembereindigt. Bovendien is het land erg afhankelijk van de olieprijzen op deinternationale markt.

4. Tunesië


© istock

De marktgerichte economie van Tunesië werd lang gezien alshet succesverhaal van Afrika. Na een verkeerd afgelopen experiment met eensocialistisch beleid in de jaren zestig werd begonnen met een strategie gerichtop een versterking van de export, buitenlandse investeringen en toerisme.Belangrijke exportproducten zijn textiel, kleding, levensmiddelen,aardolieproducten, chemische stoffen en fosfaten. Ongeveer 80 procent van deexportproducten gaat naar de Europese Unie.

Na de Arabische Lente van 2011 kwam de economie van het landechter in een neerwaartse spiraal terecht. De regering die sinds eind 2014 aande macht is, probeert buitenlandse bedrijven en investeerders gerust te stellenmet erg aanlokkelijke voorwaarden. Verder wordt er samengewerkt met devakbonden om de arbeidskostenverstoring te beperken.

Voor buitenlandse bedrijven zijn er een aantal specifiekevoordelen. Zo moeten ze de eerste gedurende tien jaar dat ze in Tunesiëgevestigd zijn, geen vennootschapsbelasting betalen. Tijdens het elfde jaarkrijgen ze trouwens een korting van 50 procent. Tijdens een bepaalde periodeworden buitenlandse bedrijven ook vrijgesteld van registratiekosten enbelastingen op goederen zoals transportbenodigdheden, onafgewerkte producten endiensten die nodig zijn voor de bedrijven om naar het buitenland te exporteren.

5. De Verenigde Arabische Emiraten


© istock

De Verenigde Arabische Emiraten is een belangrijke producent van aardolie. In deVerenigde Arabische Emiraten werken grote groepen gastarbeiders, die uit dehele regio komen. Er werken veel westerse expats die vaak goede banen hebben.Aan de onderzijde van de arbeidsmarkt werken veel gastarbeiders uit Zuid-Azië.Zij werken vaak onder erbarmelijke omstandigheden en hebben nauwelijks rechten.Buitenlandse bedrijven moeten er geen vennootschapsbelasting betalen en ook deandere belastingen liggen er erg laag.

6. De Marshalleilanden


© istock

De Marshalleilanden is een eilandengroep met de Amerikaansedollar als valuta waar cryptocurrency toegelaten is als wettelijk betaalmiddel.De lokale economie hangt er erg af van die van de Verenigde Staten. In 2016 hadde Marshalleiland een FDI van ongeveer 21 miljoen dollar of 18,11 miljoen euro.

Op verkoop betalen bedrijven 5 tot 10 procent belastingen,afhankelijk van de bedragen. De vennootschapsbelasting bedraagt 8 procent voorde eerste 6.000 dollar of 5 175 euro en 12 procent voor de volgende 6.000dollar of 5 175 euro.

7. Mongolië


© istock

De belangrijkste exportproducten van Mongolië zijn koper,textiel en kasjmierproducten. Er wordt vooral geëxporteerd naar China, de VS enGroot-Brittannië. En de handelspartners voor de import zijn Rusland, China enJapan. Van de beroepsbevolking werkt 42 procent in de landbouw en veeteelt, 29procent in de dienstensector, 14 procent in de handel, 6 procent in denijverheid, 4 procent in de mijnbouw en 5 procent bij de overheid.

Buitenlandse bedrijven betalen in Mongolië eenomzetbelasting van 10 procent en een vennootschapsbelasting van 10 tot 25procent, afhankelijk van hoeveel het bedrijf effectief verdient.

8. Amerikaans-Samoa


© istock

Amerikaans-Samoa is een overzees territorium van deVerenigde Staten in de Zuidelijke Grote Oceaan. Op het eiland is de valuta deAmerikaanse dollar. Het minimumloon is er sinds 2007 een halve dollar per uuren elk jaar komt daar een halve dollar bij. De twee tonijninblikkerijen op heteiland zijn er één van de grootste plekken voor werkgelegenheid en debelastingen voor buitenlandse bedrijven liggen er buitengewoon laag.

9. Bahrein


© istock

Bahrein is een relatief kleine eilandstaat voor de kust vanSaoedi-Arabië. De olie-industrie is er erg sterk. Het ging even slecht met deeconomie in Bahrein na de economische crisis van 2008 en de Arabische Lente van2011, maar in 2017 groeide de FDI van het land met 160 procent, vergeleken met2016, met 733 miljoen dollar of 632 miljoen euro.

Buitenlandse bedrijven betalen geen vennootschapsbelastingin het land, behalve oliebedrijven die tot een hoge 46 procent belast worden.Verder worden ook winsten van buitenlandse bedrijven niet belast in Bahrein.

10. Barbados


© istock

Barbados is een eiland in het Caribisch gebied. Het toerismeen de banken zijn er momenteel de belangrijkste bronnen van inkomsten. Heteiland heeft één van de hoogste inkomens van Centraal- en Zuid-Amerika.

Er zijn twee erg grote, buitenlandse bedrijven actief op Barbados:International Business Companies (IBCs) en Societies with Restricted Liability(SRLs). Op hun opbrengsten betalen buitenlandse bedrijven erg lagebelastingtarieven: namelijk tussen 0,25 en 2,5 procent. Buitenlandse bedrijvendie minder dan 5 miljoen dollar of 4,31 miljoen dollar binnenhalen, moeten eenbelasting van 2,5 procent betalen op hun inkomsten. Wie tussen 5 miljoen dollaren 10 miljoen dollar genereert, moet 2 procent betalen, wie tussen 10 miljoenen 15 miljoen dollar genereert, 1,5 procent en wie meer dan 15 miljoen dollarbinnenhaalt, betaalt 0,25 procent belastingen sinds 2013. Daarvoor was hetlaatste tarief 0,5 procent.

11. Grenada


© istock

Grenada is het op tien na kleinste land ter wereld. Het gaatom een eilandengroep in het Caraïbisch gebied. De belangrijkste exportartikelenop Grenada zijn nootmuskaat (ongeveer een kwart van de wereldproductie), cacao,bananen en foelie. De belangrijkste handelspartners zijn Groot-Brittannië,Trinidad en Tobago en de Verenigde Staten. Er zijn ook vier grote banken gevestigd.

Grenada wordt als één van de minst actieve landen beschouwdop het vlak van het opsporen en bestraffen van belastingontduiking. Wel behandeltGrenada binnenlandse en buitenlandse investeerders hetzelfde, is het er oppolitiek vlak stabiel en is de infrastructuur en openbare orde in het land ergdegelijk. Buitenlandse (en binnenlandse) bedrijven betalen op Grenada eenomzetbelasting van 15 procent. De bedrijfsbelasting bedraagt er 30 procent.

12. Guam


© istock

Guam is een eiland in Oceanië in de regio Micronesië. Heteiland vormt een afzonderlijk territorium van de Verenigde Staten en is nietonafhankelijk. Er staat dan ook een grote, Amerikaanse legerbasis. Men spreekter de Austronesische taal Chamorro en in mindere mate Engels.

Buitenlandse bedrijven die groen licht krijgen om zaken opGuam te doen, krijgen er een voordelige behandeling. Zo moeten ze,onder bepaalde voorwaarden, geen gebruikstaks of inkomenstaks betalen.

13. Macau


© istock

Macau is een speciale administratieve regio van deVolksrepubliek China, zoals Hongkong. Macau heeft de jongste jaren een steedshoger FDI. Zo had Macau in 2015 en in 2016 een FDI van respectievelijk 1,14miljard dollar of 983 miljoen euro en 3 miljard dollar of 2,59 miljard dollar. Deregio is erg dynamisch en modern en probeert zich aantrekkelijk te profilerenvoor investeerders. Buitenlandse bedrijven betalen er een bedrijfsbelasting van2 tot 12 procent en er is geen omzetbelasting voor buitenlandse bedrijven.

14. Namibië


© istock

Namibië ligt ten zuidoosten van Zuid-Afrika. De lokale munt is de Namibische dollar die gekoppeld is aan de Zuid-Afrikaanse rand en dezelfde waarde heeft. Het land is erg afhankelijk van haar export. De belangrijkste exportproducten zijn diamant met 50,6 procent van de totale export, andere mijnbouwproducten met 18,8 procent en voedingsmiddelen met 15,7 procent. Er wordt voornamelijk uitgevoerd naar het Verenigd Koninkrijk (dat goed is voor zo’n 34 procent van de export), Zuid-Afrika met 27 procent en Japan met 10 procent.

Aangezien landbouw in het land moeilijk is, probeert de Namibische overheid de economie te stimuleren. Zo wordt er tegenwoordig gepromoot dat lokale bedrijven allianties aansluiten met buitenlandse bedrijven. Buitenlandse bedrijven betalen een omzetbelasting van 15 procent en een bedrijfsbelasting van 32 procent. Ook moeten werkgevers sociale bijdragen van 0,9 procent betalen.

15. Panama


© istock

Panama ligt in Centraal-Amerika tussen Costa Rica enColombia. De FDI van Panama lag in 2017 op 5,29 miljoen dollar of 4,56 miljoeneuro. In Panama heerst er politieke en economische stabiliteit en het landwordt ‘beschermd’ door de Verenigde Staten. Wel worden er vaak inbreuken gedaanop het eigendomsrecht, is er veel corruptie en werkt justitie er erg traag. Buitenlandsebedrijven betalen er een bedrijfsbelasting van 25 procent. Ook moeten ze eenvermogenswinstbelasting betalen van 10 procent.

16. Saint Lucia


© istock

Saint Lucia is een eiland in het Caribisch gebied. Eenbuitenlands bedrijf, dat gevestigd is op Saint Lucia, betaalt een standaardbedrijfsbelasting van 30 procent en de omzetbelasting bedraagt 15 procent.

17. Samoa


© iStock

Samoa is een onafhankelijke republiek in Polynesië. Het landwerd in 1962 onafhankelijk van Nieuw-Zeeland. Er zijn een aantal grote bankengevestigd en de belangrijkste exportproducten zijn bananen, cacao en kokosnoot.De bedrijfsbelasting op Samoa bedraagt 27 procent. Het eiland is ervoor beruchterg laks om te gaan met belastingen.

Meer