21 procent loonstijging op drie jaar, en dan nog staken?

Volgens de nieuwste vooruitzichten stijgen de loonkosten in 2022-2023 met 21 procent, veel sneller dan in de buurlanden. Via die serieuze loonhandicap dreigt deze crisis onze economie met structurele schade op te zadelen. En tegen die achtergrond willen de vakbonden in november staken voor meer loon… 

Na een pauze in de zomermaanden kwam het Planbureau deze week met nieuwe inflatievooruitzichten. En zoals verwacht, werden die nog maar eens opwaarts bijgesteld. Het Planbureau verwacht nog altijd dat de inflatie in de loop van 2023 zal afkoelen, maar de inflatie zou eerst nog de rest van dit jaar net boven 10% blijven hangen. Ook daarna zou de inflatie trager afnemen dan eerder gedacht. 

Hogere inflatievooruitzichten hebben uiteraard ook rechtstreekse implicaties voor de verwachte stijging van de loonkosten. Met deze jongste update ziet het ernaar uit dat de gemiddelde bruto-uurloonkosten in de periode 2022-2024 met maar liefst 21 procent zullen toenemen. Voor alle Belgische bedrijven samen komt dat neer op een bijkomende jaarlijkse loonkost van 32 miljard euro. Ter illustratie, voor de bedrijven die jaarlijks in januari indexeren (o.a. PC200 voor de bedienden) komt er na een indexering met 3,58 procent begin dit jaar in januari 2023 een indexering met 10,5 procent. En dan nog eens 4,7 procent in januari 2024 (op basis van de huidige vooruitzichten). 

Belangrijke loonhandicap

De loonstijgingen in ons land zullen dit en volgend jaar veel groter zijn dan die in de buurlanden. Zo wijzen de recentste ramingen van de Nederlandsche Bank op een loonstijging van zo’n 12 procent in de periode 2022-2024. Ook in Duitsland zijn er signalen dat de loonstijgingen getemperd zullen worden door de sombere economische vooruitzichten. Door het automatisme van de loonindexering is dat in België niet mogelijk. Op die manier gaan we in deze crisis op korte termijn terug een belangrijke loonhandicap opbouwen in vergelijking met de buurlanden. Volgens de meest recente vooruitzichten zou die loonhandicap terug richting 10 procent kunnen gaan.

Net op de dag dat het Planbureau de nieuwe verontrustende inflatievooruitzichten publiceerde, kondigden de vakbonden een nationale staking aan voor 9 november. Daarmee willen ze maatregelen om de koopkracht te ondersteunen afdwingen. Prominent daarbij blijft de eis voor nog sterkere loonstijgingen bovenop de indexering. Dat zou de loonhandicap uiteraard nog verder opdrijven. Die exclusieve focus op koopkracht op korte termijn dreigt onze welvaart op langere termijn te ondermijnen. dat is een fout die we eerder al maakten tijdens de oliecrisissen van de jaren 70.  

Structurele economisch schade

Mede dankzij de snelle beleidsreactie zijn we de coronacrisis doorgekomen zonder al te veel structurele schade aan onze economie. Het ziet er naar uit dat dat met de huidige energiecrisis anders zal uitdraaien. De combinatie van een Europese energiehandicap en een Belgische loonhandicap dreigt een drama te worden voor onze industrie die moet concurreren op de wereldmarkt. Het lijstje industriële bedrijven dat de productie stillegt door te hoge kosten wordt met de dag langer. Als dit soort bedrijven beslist om hier te vertrekken, dan komen die niet terug mochten we binnen een paar jaar onze concurrentiepositie terug enigszins herstellen (wat sowieso al niet evident zal zijn). Nu al gaf in onze enquête bij Vlaamse ondernemingen van vorige week 12 procent van de industriële bedrijven aan dat ze overwegen om activiteiten naar andere landen te verplaatsen. Daarnaast zullen buitenlandse bedrijven allicht nog eens extra gaan nadenken voor ze de komende jaren in België gaan investeren. 

Op die manier dreigt deze crisis permanente schade toe te brengen aan ons economisch groeipotentieel, en dus ook aan onze welvaart op langere termijn.  


De auteur Bart Van Craeynest is hoofdeconoom bij Voka en auteur van het boek Terug naar de feiten 

Meer