Frankrijk telt 21.000 honderdjarigen. Met 146 eeuwelingen per 10.000 inwoners voeren onze zuiderburen het Europese klassement aan, voor Spanje (120/10.000) en Italië (117/10.000). Dat blijkt uit cijfers van het Franse statistiekbureau Insee.
Ter vergelijking, op 1 januari 2016 telde ons land volgens Statbel 1.860 honderdjarigen, een stijging van 43% in vergelijking met 10 jaar geleden. 73 van elke 10.000 Belgen die in 1973 zestig jaar oud werden, waren in 2013 nog in leven. Dat aantal zou tegen 2050 met een factor 10 toenemen, aldus berekeningen uit 2013 van Mirko Petrovic, diensthoofd geriatrie van het UZ Gent. De ratio tussen mannen en vrouwen blijft verbazend hoog in het voordeel van wat ooit ‘het zwakke geslacht’ werd genoemd. Voor elke Franse man die 100 kaarsjes mocht uitblazen zijn er vijf Franse vrouwen die hem dat voordeden. Sterker nog: 506 Franse vrouwen zijn nu al 107 jaar oud, tegenover slechts… 1 man. Ook in de categorie ‘super-eeuwelingen’, waartoe de plus honderdtienjarigen behoren, zitten enkel vrouwen.
De levenskwaliteit van deze hoogbejaarden gaat er enkel op vooruit: 1 op 2 leeft nog thuis en 29% leeft alleen.
Omdat zowel de levensduur als de levenskwaliteit blijven stijgen verwacht het Franse statistiekbureau tegen 2070 ruim een kwart miljoen honderdjarigen, ruim 13 keer meer dan vandaag. Het aantal ‘superhonderdjarigen’ zou tegen dan stijgen tot 2.500.